Meerderheid Nederlanders is voor snelheidsbegrenzers bestelauto’s_11_07_2011

Ruim de helft van de Nederlandse bevolking staat positief tegenover het invoeren van snelheidsbegrenzers in bestelauto’s. Driekwart uit deze groep vindt dat een bestelauto niet harder dan 100 km per uur mag rijden. Dit blijkt uit onderzoek van marktonderzoeksbureau Blauw Research in opdracht van Natuur & Milieu. De Nederlandse gegevens komen overeen met soortgelijk onderzoek in Italië en Duitsland. Samen met de Europese milieukoepel Transport & Environment pleit Natuur & Milieu bij de Europese Commissie voor versneld invoeren van snelheidsbegrenzers. Want deze zijn goed voor de verkeersveiligheid en het milieu.

Uit het onderzoek van Blauw onder ruim 500 Nederlanders blijkt dat de voorstanders van snelheidsbegrenzing vooral in het westen en zuiden van het land te vinden zijn.  Mogelijk hebben mensen in deze drukke gebieden, waaronder de drie grote steden, meer last van hard rijdende  bestelauto’s dan in het rustigere noorden en oosten. Een ander opvallend feit: ook vier op de tien bestuurders  van bestelauto’s zijn voorstander van snelheidsbegrenzing. En bijna zes op de tien bestuurders  zijn voor  een maximum snelheid van 100 km/uur.

Lagere snelheden leiden tot minder ongelukken, minder CO2-uitstoot en lagere brandstofkosten.  Een verplichte snelheidsbegrenzing van 100 km per uur voor bestelauto’s kan de CO2 uitstoot met 6-7% terugbrengen en bijdragen aan bijna de helft minder ongevallen waar bestelauto’s bij betrokken zijn, zo blijkt uit eerder onderzoek van T&E (2009).
De Europese commissie zegt in haar Witboek Transport en in het actieplan voor verkeersveiligheid dat snelheidsbegrenzers voor bestelauto’s een goed idee is, maar ze maakt nog niet veel haast met de daadwerkelijke invoering. Dit onderzoek laat zien dat in Nederland, net als in Italië en Duitsland, draagvlak is voor het invoeren van snelheidsbegrenzers. Natuur & Milieu hoopt dat Nederland het pleidooi voor versnelde invoering van snelheidsbegrenzers voor bestelauto’s bij de Europese Commissie ondersteunt.

Bron: Natuur & Milieu