Advocaat van de natuur en spreekbuis van het milieu.

Koos van Zomeren: Klapeksterkeukenkastje

  •  
10-04-2011
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
Zaterdagochtend 26 maart, een heideveldje onder Wolfheze, dichtbij de beroemde Wodanseiken. Klapekster in een kale berk een eindje verderop.  Ik had hem in de kijker. Dus stond ik daar een tijdje, hij zat daar een tijdje.
Toen kwam hij mijn kant op vliegen – wat op zichzelf al bijzonder was; klapeksters zijn niet erg schuw, maar ze vliegen toch vaker van je weg dan naar je toe.
Hij ging  min of meer boven mijn hoofd in een kale eik zitten. Ik verstijfde. Ik dacht werkelijk even dat ik me niet meer mocht bewegen. Onzin natuurlijk, die klapekster had me allang gezien. Iedereen die klapeksters kent, is het erover eens dat het buitengewoon oplettende en slimme beesten zijn. Intussen sprong hij daarboven naar een andere tak en opeens leek het of hij met prooi bezig was. Had hij een vinkje gegrepen?
Nee, toen ik hem opnieuw in de kijker kreeg, bleek er een lange staart uit zijn bek te hangen. Hagedis!
Een hagedis, ik kon mijn ogen niet geloven. Had die staart al die tijd al uit zijn bek gehangen? Nee. Was die klapekster in de tussentijd op de grond geweest? Nee. Klimmen hagedissen in bomen? Nee. En had ik die hagedis nog zien kronkelen of zo? Ook niet – nee, die moest al dood zijn geweest.
De klapekster behoort tot de klauwieren en klauwieren (het is al honderd keer  gezegd, maar ik moet het nog eens zeggen)…klauwieren zijn halve roofvogels. Ze hebben wel zo'n snavel, niet zulke klauwen. Om een grotere prooi te kunnen verscheuren moeten ze die fixeren, hetzij door hem op een puntig uitsteeksel te spietsen, hetzij door hem klem te zetten in een takvork. En op deze manier kunnen ze een voorraadje aanleggen.
Intussen was de klapekster, mét prooi, naar het andere eind van dat heideveldje gevlogen. Ik had hem dus boven mijn hoofd een hagedis uit zijn keukenkastje zien halen. Maar waarom eigenlijk?
Om op te eten, zou je zeggen. Dat dacht ik eerst ook, maar naderhand had ik daar geen vrede mee. Want waarom zou hij een hagedis op de ene plek losmaken als hij hem (omdat een klapekster nu eenmaal grijpklauwen heeft) ergens anders toch weer moet vastzetten?
Ik begreep het niet goed, en twee dagen later begreep ik het nog steeds niet goed en toen deed ik wat ik wel vaker doe als ik iets niet goed begrijp, ik belde Rob Bijlsma, zelfstandig natuuronderzoeker te Wapse. Rob hoorde me aan. 'Ik heb twee keer de indruk gehad…', reageerde hij vervolgens  peinzend.
Hij had in zijn leven twee keer de indruk gehad dat een klapekster met een prooi was gaan slepen omdat hij, die klapekster, vond dat hij, Rob, er te dicht in de buurt kwam.
Ach zo. Een klapekster ziet mij (en mijn hond) ongevraagd zijn keuken betreden. Hij denkt: straks doen die mijn kastje open en dan zien ze die overheerlijke hagedis hangen en dan kan ik fluiten naar mijn lunchpakket. Hij denkt: maar nú kan ik daar nog een stokje voor steken.
Bewezen was er natuurlijk niets. Maar deze lezing gaf aan wat ik had zien gebeuren, wel een draai die je een verklaring zou kunnen noemen. Het was mijn vijfde klapekster op rij. Heel de winter geen klapekster gezien, en in maart begon het opeens klapeksters te regenen.
En mijn eerste hagedis.
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.

BNNVARA LogoWij zijn voor