KNMI volgt vogeltrek met weerradar
• 21-08-2007
• leestijd 1 minuten
Het KNMI gaat de vogeltrek in kaart brengen met behulp van Doppler weerradars en een speciaal voor dit doel ontwikkelde mobiele vogelradar, de superfledermaus. De weerradar wordt meestal gebruikt om neerslagverwachtingen te maken.
Speciale vogeltrekradar (superfledermaus)
De Doppler functie van de radar is geschikt voor windwaarnemingen en biedt informatie over de sterkte en richting van de wind op verschillende hoogtes in de atmosfeer.
De vogeltrek verstoort het signaal van deze radars. Nader onderzoek aan de hand van metingen stelt de onderzoekers in staat de Doppler radar beter op de vogeltrek af te stemmen en de kwaliteit van de radargegevens verder te verbeteren. Bovendien is het monitoren van de vogeltrek wellicht een nieuwe toepassing voor het netwerk van meer dan 150 weerradars in Europa waarover het KNMI tegenwoordig de leiding heeft. Met name voor de militaire luchtvaart zijn gegevens van de veelal laagvliegende vogels van belang. Bovendien is informatie over de vogeltrek van belang in verband met de verspreiding van ziektes zoals de vogelpest.
In totaal worden twee meetcampagnes georganiseerd, de eerste start op 20 augustus in De Bilt en Soesterberg en wordt op 24 september vervolgd in Wideumont/St. Hubert België). De tweede meetcampagne vindt plaats in maart 2008 bij Trappes (Frankrijk).
Het vogeltrekproject wordt gefinancierd door de European Space Agency (ESA) in het kader van het “Integrated Applicaties Program” en uitgevoerd door het KNMI in samenwerking met de Nederlandse (en Belgische Luchtmacht, de nationale meteorologische diensten van België en Frankrijk en het Zwitsers Ornithologisch Instituut.
Bron: KNMI