
De klimaattop in Belém heeft na moeizame onderhandelingen toch een akkoord opgeleverd. Alle aanwezige landen accepteerden zaterdag de slotverklaring die gastland Brazilië had opgesteld. Hoewel het op de COP30 veel ging over afbouw van fossiele brandstoffen, is daarover niets concreets afgesproken. De EU is daar erg ontevreden over, maar stemde toch in, omdat er niet meer inzat.
Beleidsmakers, wetenschappers, lobbyisten en activisten zijn weer naar huis. Waaronder WWF-NL directeur Jelle de Jong. Zondag zat hij aan tafel om de laatste ontwikkelingen en het slotakkoord te bespreken.
Om de klimaatdoelen dichterbij te brengen, komt er een vrijwillig programma om de uitvoering van verduurzamingsplannen te versnellen. Ook willen landen in 2026 een bijeenkomst houden die specifiek over de afbouw van kolen, olie en gas moet gaan. Toen de voorzitter bevestigde dat er een akkoord was, klonk er luid applaus in de zaal.
In de goedgekeurde tekst staat verder onder meer een oproep om te "streven" naar een verdriedubbeling van het budget voor klimaatadaptatie tegen 2035. Met adaptatie worden aanpassingen aan de gevolgen van het veranderende klimaat bedoeld, zoals maatregelen die tegen overstromingen beschermen.
Adaptatiegeld is een onderdeel van de klimaatsteun aan armere landen. Over het totale budget daarvoor zijn geen nieuwe afspraken gemaakt. Vorig jaar spraken landen in Bakoe af dat in 2035 jaarlijks 300 miljard dollar voor klimaatfinanciering beschikbaar moet zijn.
De Braziliaanse voorzitter André Corrêa do Lago erkende dat "sommige landen hogere ambities" hadden. Zijn voorzitterschap duurt nog tot het begin van de volgende klimaattop en hij zei zijn uiterste best te doen om het einde van fossiele brandstoffen in te zetten. Daarvoor gaat hij alsnog een 'routekaart' opstellen, voor de landen die daaraan mee willen doen. Na deze aankondiging klonk luid applaus in de zaal. Een andere routekaart wil de voorzitter maken tegen ontbossing.
De Braziliaanse president Luiz Inácio Lula da Silva organiseerde deze klimaattop in Belém aan het Amazonegebied. Lula lanceerde tijdens de top een fonds dat ontbossing moest tegengaan in het tropische regenwoud. Duitsland zegde 1 miljard euro toe aan het fonds, Nederland 5 miljoen. Ook onder meer Noorwegen, Frankrijk en Indonesië hebben geld toegezegd.
Om overeenstemming te bereiken, stelde de voorzitter tijdens de klimaattop dat 'mutirão' nodig was. Inheemse volkeren gebruiken dat woord voor het samen aanpakken van problemen. De slotverklaring heeft de voorzitter de 'mutirão-beslissing' genoemd.
De uitkomst van COP30 in het Braziliaanse Belém wordt door veel betrokkenen als teleurstellend gezien. Critici zoals Manuel Pulgar-Vidal (WWF) en vertegenwoordigers van organisaties als Oxfam Novib en Mercy Corps benadrukken dat de conferentie geen duidelijke routekaart of concrete oplossingen heeft opgeleverd. Vooral het ontbreken van afspraken over het afbouwen van fossiele brandstoffen en het gebrek aan stevige financiële toezeggingen voor kwetsbare landen leiden tot brede onvrede. Volgens hen is de slotverklaring zwak, kleurloos en onvoldoende om de urgentie van de klimaatcrisis het hoofd te bieden.
Tegelijkertijd klinkt er vanuit kleine eilandstaten en de VN de oproep om de ambities verder op te schroeven. VN-secretaris-generaal António Guterres prijst weliswaar de inspanningen, maar benadrukt dat landen veel meer moeten doen om de opwarming te beperken tot 1,5 graad. Vooral voor eilandstaten, waar koraalriffen cruciaal zijn voor voedselvoorziening, cultuur en economie, is snelle actie noodzakelijk. Het recente oordeel van het Internationaal Gerechtshof dat landen verplicht zijn het klimaat te beschermen, wordt door staten zoals Vanuatu gezien als een belangrijke mijlpaal die de druk op klimaatactie verder moet vergroten.
Thema's:
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.