De kleine alk (Alle alle) is een vogel uit de familie van alken (Alcidae). De kleine alk is de kleinste zeevogel die we kennen - de lengte is zo'n 20 centimeter - en leeft in de hoogarctische gebieden, zoals Groenland of Spitsbergen. Daar broeden ze met miljoenen tussen de neergevallen rotsblokken tegen hoge berghellingen.
Uiterlijke kenmerken
Ietsje kleiner dan een spreeuw. Maar veel boller en gedrongener. Op het water zijn het dikke, haast rolronde balletjes zonder ahls met een nauwelijks opvallend snaveltje en een opgericht kort staartje.
In zomerkleed met geheel zwarte kop, nek, keel, borst, bovendelen, stuit en staart. Onderdelen wit. Randen van schouderveren en punten van armpennen wit en een kleine witte vlek boven net oog. In vlucht lijken ondervleugels donker maar zijn in feite zilvergrijs met wat wit in het midden. In winterkleed loopt het wit van de onderdelen door tot de wangen. Juveniel vrijwel niet te onderscheiden van adult. Heeft een snelle snorrende vlucht, zoals andere alken, maar kan de indruk geven van een kleine steltloper, zoals Bonte Strandloper of Steenloper. Vlucht kan minder rechtlijnig zijn dan bij andere alken.
Voorkomen
Om dit kleine alkje in zijn element te kunnen ontmoeten, zullen wij hoognoordelijk moeten reizen naar Groenland of Spitsbergen waar ze met miljoenen broeden tussen de neergevallen rotsblokken tegen de hoge berghellingen. Eind juni gedragen ze zich druk bij de kolonies op de rotshellingen, In grote wolken zoeven ze luid kirrend boven het broedgebied om dan plotsklaps alle neer te strijken. Ze kunnen dan erg mak zijn en rondom ons heen tot soms op enkele meters afstand van ons vandaan onbevreesd en ongedwongen blijven zitten en de holen tussen de grote rotsblokken gaan inspecteren. Ze overwinteren gewoonlijk op volle zee tot ver op de Atlantische Oceaan ofschoon het grootste deel vrij noordelijk overwintert.
Voedsel
Het voedsel van de kleine alk bestaat vooral uit plankton en kleine kreeftachtige diertjes. Deze garnaaltjes en krabbetjes zorgen vaak voor opvallend oranjegekleurde uitwerpselen, die op de rotsblokken sterk opvallen. Kleine alken spelen een belangrijke rol in het ecosysteem van Spitsbergen omdat zij langs de kusten en op de toendra's enorme hoeveelheden uitwerpselen achterlaten. Men heeft bij de grote kolonie aan de Hornsund berekent dat de ca. 50.000 vogels zo'n honderd ton uitwerpselen achterlanten, hetgeen de flora aldaar sterk beïnvloedt.
Voorkomen in Nederland
Onregelmatige gast. Vooral bij noordwesterstormen wordt de Kleine Alk aan de Nederlandse kusten gezien. Sommige jaren in opvallend grotere aantallen dan in andere jaren. Bij hevige stormen, vooral in november, kunnen ze soms ver landinwaarts worden geblazen. Zelfs tot in Zwitserland! Het noordelijke deel van de Noordzee behoort nog net tot het reguliere overwinteringsgebied. De meeste waarnemingen komen tussen oktober en november langs onze kust. Ook in België verschijnen ze elke winter aan de kust. Het jaarlijks aantal waarnemingen in Nederland is wisselend en blijft over het algemeen klein.
Geluid
In broedkolonies erg luidruchtig, maar gewoonlijk zwijgzaam op zee.