Hagedissen zijn geen ochtenddieren. Omdat ze koelbloedig zijn hebben ze na een koude nacht moeite met presteren. Ze hebben de warme zon nodig om op te warmen waardoor ze zich weer soepel kunnen bewegen.
Maar er is een hagedis die hier geen last van heeft. Dat is de kameleon. De lange opgerolde tong van het dier kan bij elke lichaamstemperatuur worden afgeschoten om een lekker hapje te pakken. Dit komt door een collageen dat niet afhankelijk is van een warme temperatuur, in tegenstelling tot een spier. Zo kan de kameleon dus wel genieten van een ontbijtje terwijl andere hagedissen hongerig en bewegingloos toekijken.
Er zit echter wel een keerzijde aan dit verhaal. De spier waarmee de tong naar binnen wordt gehaald is wel afhankelijk van warmte. Het kan dus even duren voordat het maaltje echt binnen is.