IJsvogel profiteert van zachte winter

De ijsvogels in Gooi en Vechtstreek hebben geweldig geprofiteerd van de verrassend zachte winter. Vergeleken met 2012 en 2013 zal naar verwachting het aantal broedparen dit jaar stijgen van 11 paar naar zeker 25 paar. Dat is van grote betekenis voor de stand in de regio, aldus de informatie van de IJsvogelwerkgroep Gooi en Vechtstreek. Bijna alle paartjes zijn te vinden bij de door de werkgroep gemaakte ijsvogelwanden.

IJsvogels zijn voor hun voedsel afhankelijk van vis. Dat is het belangrijkste voedsel, vooral in de winter. Onze ijsvogels zijn bovendien standvogels, ze blijven het hele jaar in Nederland, ook in de winter. Vriest het streng en langdurig dan is er meestal geen wak meer open waar nog een visje te vangen is. Het gevolg is dat veel ijsvogels tenslotte dood gaan.

Deze situatie heeft zich vanaf de winter 2008-2009 voorgedaan. Waren er in 2008 nog 71 paar ijsvogels in Gooi en Vechtstreek, de laatste twee jaar waren dat nog maar 11 paar. Maar dankzij een goed broedseizoen in 2013 en de superzachte winter, die de meeste ijsvogels hebben overleefd, schiet het aantal paren weer omhoog.

Navraag bij diverse vogelwerkgroepen in Noord-Holland geeft aan dat daar de stand licht lijkt toe te nemen, maar veel minder groot dan in Gooi en Vechtstreek. Mogelijk dat de ijsvogels in Amsterdam en omgeving wel een duidelijke toename laten zien. De eerste berichten uit het Amsterdamse Bos en Diemerpark wijzen daar op.

De zachte winter heeft er ook voor gezorgd dat de ijsvogels twee tot drie weken eerder dan normaal bij hun broedplaats zijn gezien. Dat kan er toe leiden dan meer paartjes niet twee maar wel drie broedsels kunnen voortbrengen. Alles bij elkaar is dat goed nieuws, met een beetje geluk is de kans om een ijsvogel te zien of te horen weer flink toegenomen.

Bron: IJsvogelwerkgroep Gooi en Vechtstreek