In 2015 was de opbrengst van zonnepanelen zeven procent hoger dan in een gemiddeld jaar, blijkt uit berekeningen van voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal met gegevens van Siderea en het KNMI. Dat komt doordat de zoninstraling en het aantal zonuren hoger waren dan voorgaande jaren.
Zoninstraling
Er waren in 2015 1.785 zonuren, dit waren er ongeveer 145 meer dan gemiddeld. Voor een set van zes zonnepanelen van 1.500 watt-piek (met optimale plaatsing) leveren de extra zonuren een meeropbrengst op van 100 kWh. Voor heel Nederland is de extra opbrengst vergelijkbaar met het stroomverbruik van ongeveer 20.000 huishoudens, uitgaande van 1 gigawatt totaal vermogen van zonnepanelen in Nederland. Opbrengst: vooral bepaald door zoninstraling.
Temperatuur
In 2014 waren er 55 zonuren meer dan in 2015 en toch leveren zonnepanelen in 2015 iets meer opbrengst dan in 2014. De zoninstraling, dat is de kracht van direct en diffuus zonlicht, speelt namelijk een belangrijker rol dan het aantal zonuren. Volgens gegevens van het KNMI was in 2015 de gemiddelde instraling 5,5 procent hoger dan het langjarige gemiddelde in De Bilt. Naast zoninstraling en zonuren speelt de temperatuur een rol, hoe hoger deze is in de zomer, hoe lager de opbrengst. Een koele, zonnige zomer geeft meer opbrengst dan een hete zomer. In de winter heeft de temperatuur minder invloed.
Btw terugvragen
Ook als de zon in 2016 wat minder fel schijnt, zijn zonnepanelen een goede keuze. Het rendement van een investering in zonnepanelen is vergelijkbaar met een rente van zes procent op een spaarrekening. En ook in 2016 geldt dat consumenten die zonnepanelen kopen, de btw op aanschaf en installatie kunnen terugvragen van de Belastingdienst.