De hertenpopulatie op de Veluwe is de afgelopen jaren steeds groter geworden. Dit komt onder andere door het verwijderen van veel barrières. Door de groeiende aantallen is het gevaar voor de automobilisten helaas toegenomen, evenals de schade aan de landbouw. Daarom wordt het overschot aan herten, dat bepaald wordt aan de hand van de jaarlijkse telling in april, afgeschoten.
Herten kennen we vooral van de bossen, maar eigenlijk zijn het graasdieren die veel liever op de open graslanden foerageren. Mede door de jacht en de recreatiedruk zijn ze erg mensenchuw geworden. In de schemer en de nacht trekken de herten uit de bossen naar de open vlaktes.
Staatsbosbeheer probeert de herten op de Veluwe ook overdag weer terug te krijgen naar de open gebieden. Daarom heeft deze organisatie sinds een jaar haar beleid veranderd. Zo wordt er in de bronsttijd, wanneer de herten paren, niet meer geschoten. Ook schiet men niet meer met loodhoudende munitie uit milieu- en gezondheidsoverwegingen. Het afschot wordt zoveel mogelijk beperkt tot de gebieden waar de hinder het grootst is. Staatsbosbeheer probeert op die manier de dieren een veilige haven te bieden en de rust in de populatie terug te laten keren, zodat de herten zich uiteindelijk overdag vaker aan het publiek laten zien.