Henk Hofland: Spinnen
• 20-08-2009
• leestijd 2 minuten
Binnenkort is het weer spinnentijd. Tussen de takken van de bomen, de struiken, misschien wel in een hoek van uw balcon weven onze achtpotige vrienden hun web, gaan in het midden zitten of verstoppen zich onder een blaadje en wachten af. Daar komt een insect aangevlogen, ziet te laat het obstakel op zijn luchtweg, en vliegt tegen een kleverige draad. Deze draad, dat weet u misschien niet, is sterker dan een staaldraad van gelijke dikte. Toch weegt zo’n web in zijn geheel niet meer dan 0,1 tot 0,5 milligram. Terwijl de prooi worstelt om zich te bevijden, heeft de spin zich op hem gestort, hem een giftige beet gegeven en verlamd, machteloos, wordt hij leeggezogen.
Dit klinkt misschien wreed, maar de spin weet niet beter. En wat denkt u dat er gebeurd is met de koe of de kip waarvan u het biefstukje of het boutje straks gaat opeten? De natuur is nu eenmaal wreed. Daar wil ik het wat dit aangaat voorlopig bij laten.
Bij veel mensen wekt louter de aanblik van een spin weerzin, angst, zelfs paniek. Dat opzichzelf is wel te begrijpen. Bekijk zo’n dier eens goed, onder een vergrootglas. Al het menselijke is hem vreemd. Acht harige poten. Een lichaam dat vrijwel in tweeën gedeeld lijkt. Geen enkel orgaan dat je aan een zoogdier doet denken. De gevreesde schorpioen, ook een spin-achtige, heeft bovendien nog twee geweldige kaken. Geen wonder dat in sommige Amerikaanse films die het einde van de menselijke beschaving in beeld brengen, de spinnnen een hoofdrol spelen.
Mensen die aan arachnofobie, spinnenvrees lijden, nemen het heft in eigen handen. Ze proberen iedere enge griezel binnen bereik dood te slaan. En dan heb je de gespecialiseerde bedrijven, die je beloven dat ze alle spinnen binnen de straal van een halve kilometer van je huis feilloos zullen verdelgen. Dat zal wel chemisch, met poeder of een gifgas gaan. Binnenkort beginnen ze weer te adverteren.
Ik begrijp degenen die de spinnen vrezen. Maar in Nederland is dat niet nodig. Over de hele wereld leven ongeveer 50.000 soorten waarvan er sommige giftig zijn. Die wonen niet bij ons. Ik ben een vriend van de Nederlandse spinnen, ik bewonder de vernuftige constructie van hun web en ik kijk met respect, gemengd met een licht afgrijzen, naar de efficiëntie waarmee ze hun prooi behandelen.
Toen, een paar jaar geleden stond ik voor een dilemma. Het gebeurde in de tuin van een vriend. We stonden naar een prachtig web met daarin een forse spin te kijken. En daar gebeurde het. Een vette vlieg raakte vast en werd door de spin in behandeling genomen. De vlieg vocht terug, zo te zien had hij nog een kans. We keken elkaar aan. Wat zouden we doen? Ingrijpen? De vlieg te leven redden? Nee. Met groeiend medelijden hebben we toegekeken, hoe de vlieg werd ingesponnen en leeggezogen. De wereld is door dit incident niet veranderd. Maar toch denk ik nog weleens aan die vlieg.