Handel in hete lucht bedreigt Klimaatakkoord Kopenhagen

De CO2-reductiedoelstellingen die landen hebben voorgesteld voor Kopenhagen zal de wereldwijde CO2-uitstoot slechts 1% doen afnemen ten opzichte van het Kyoto-akkoord van 12 jaar geleden. Dit komt door een overschot aan emissie-rechten (‘hete lucht’ in jargon) uit de Kyotoperiode (2008-2012) dat landen mogen gebruiken voor de emissiedoelstellingen voor de Kopenhagenperiode (2013-2020). Natuur en Milieu is bezorgd dat de klimaatonderhandelingen in Kopenhagen op een fiasco uitdraaien als deze handel in hete lucht niet aan banden wordt gelegd.

Dat de voorstellen voor een beperkte afname zorgen, blijkt uit een onderzoek van het bureau Point Carbon dat vandaag is gepubliceerd. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van Climate Action Network (CAN)-Europe, de Europese koepelorganisatie van Stichting Natuur en Milieu in Brussel.

De EU-leiders! zullen eind deze week in Brussel een beslissing nemen over het mandaat dat EU-onderhandelaars krijgen tijdens de klimaattop in Kopenhagen eind dit jaar. Het probleem van het overschot aan emissierechten (‘hete lucht’) zal ook besproken worden.

De huidige beloftes die industriële landen richting Kopenhagen hebben gedaan om hun CO2-uitstoot in 2020 te beperken bedragen gemiddeld 12%. Doordat landen hun overschot aan emissierechten uit de Kyoto-periode (2008-2012) mogen meenemen, resulteert in werkelijkheid slechts een reductie van gemiddeld 6% in 2020. Aangezien in 1997 in Kyoto al een vermindering van CO2-uitstoot was afgesproken van 5%, levert Kopenhagen een CO2-winst op van 1% in vergelijking met het Verdrag van Kyoto, aldus Point Carbon. Deze cijfers staan in schril contrast met de berekeningen door wetenschappers van het VN-klimaatpanel IPPC. Zij geven aan dat er minimaal 25 tot 40% minder CO2-uitstoot nodig is in 2020 om ernstige klimaatverandering te voork! omen.

Een klimaatakkoord in Kopenhagen dreigt onde! rmijnd t e worden als de handel in hete lucht niet wordt beperkt. Natuur en Milieu doet een dringend beroep op de Europese leiders om dit tijdens de EU-top deze week te voorkomen. Het bureau Point Carbon presenteert in het rapport een aantal mogelijkheden voor.

Voormalige Oostbloklanden hebben in het Verdrag van Kyoto beloofd hun uitstoot op het niveau van 1990 te houden. De ontmanteling van de inefficiënte Sovjet-industrieën heeft geleid tot 30% minder CO2-uitstoot in die landen. Andere landen mogen dit overschot opkopen, zodat ze zelf voorlopig kunnen blijven vervuilen. Nederland is een van de landen die het meeste ‘hete lucht’ heeft ingekocht om aan hun verplichtingen te voldoen.

Bron: Natuur en Milieu