Grote grazers in de duinen

Begrazing is belangrijk in het Nationaal Park Zuid-Kennemerland. Het voorkomt dat de duinen dichtgroeien. Dit was tot 1954 het werk van de konijnen, maar door allerlei ziektes ging de konijnenpopulatie flink achteruit en verruigde het gebied, het groeide dicht. Grote grazers hebben het werk van de konijnen overgenomen. Als je nu door het gebied loopt kun je Schotse hooglanders, wisenten, shetlanders en konikpaarden tegenkomen. De boswachters houden de 'graasdruk' in de gaten.

In delen van het duingebied waar de Amerikaanse vogelkers veel voorkomt graast een kudde schapen. Deze exoot werd vanaf de jaren dertig volop aangeplant om dennen ‘omhoog te jagen’ tot mooie rechte hoge bomen. Destijds had men geen idee dat dit een té groot succes zou worden. In de loop der jaren breidde de soort zich steeds sneller uit en raakten hele duinvalleien ermee overwoekerd. De bessen worden graag gegeten door vogels en via hun uitwerpselen worden de zaden verspreid over het hele duingebied.

Schoonebeeker en Veluwse heideschapen gedijen goed bij voedselarme duinplanten en houden meer dan andere schapenrassen van deze houtachtige Amerikaanse vogelkers. De schapenbegrazing moet opkomende jonge scheuten uitputten, waardoor deze exotische plant in aantal afneemt.