Grootoren en laatvliegers

Van de 17 soorten vleermuizen in Nederland komen maar liefst 7 voor op Groeneveld. De buitenplaats is een paradijsje voor de vliegende zoogdieren. In de ijskelder overwinteren de franjestaart en de grootoorvleermuis, in het koetshuis zit een kleine kolonie dwergvleermuizen, en in de holle bomen in het park zitten laatvliegers, grootoor- en watervleermuizen. Met Eric Jansen van de Zoogdiervereniging maken we een rondgang.

Beroemd is de 19e eeuwse ijskelder op Groeneveld . IJs dat uit de vijver werd gezaagd werd van bovenaf naar beneden gekieperd en onder stro bleef het wel twee jaar goed. Hiermee werd ’s zomers fruit, groente, vlees en wijn gekoeld. Tegenwoordig wordt de kelder bewoond door de grootoorvleermuis

Gebouw
Historische gebouwen en parken als buitenplaats Groeneveld zijn van groot belang voor vleermuizen, zegt Eric Jansen van de Zoogdiervereniging. Zo zijn veel soorten als laatvliegers, meervleermuizen en gewone dwergvleermuizen typische gebouwenbewoners. Ze kiezen vaak spouwmuren voor hun kraamkolonie. In veel historische gebouwen wordt echter geen rekening gehouden met de vliegende zoogdieren, wat wel zou moeten.

Foto: Paul van Hoof