Wel vetblokken met zaad, bessen en meelwormen, geen gebrande pinda's, brood met boter of zoute producten. Op de drempel van de winter vertelt Vogelbescherming wat goed en slecht vogelvoer is.
Wat goed is:
Boven alles: zorg voor (inheemse) besdragende struiken in de tuin. Ze verhogen de natuurwaarde en ook de voederwaarde van de tuin.
Zaden in vele vormen en maten zijn goed, zolang het maar geen grote gedroogde erwten of bonen zijn.
Oud brood of andere etensrestjes zijn in principe ook goed, tenzij er zout of boter in of op zit (en dat is bij etensrestjes al gauw het geval).
Wat je beter niet kunt voeren:
Te grote hoeveelheden voer trekken in de nacht 'ongedierte' aan. Voer dus niet meer dan de vogels op één dag op kunnen eten.
Voer niets met zout!
Geen gebrande pinda's of andere noten (ongebrande pinda's: geen probleem!)
Geen melk (melk is voer voor (jonge) zoogdieren, niet voor vogels. Zelfs vogels kunnen aan de diarree raken)