Voor het eerst is aangetoond dat gifstoffen die worden gebruikt bij de productie van kleding ook in Nederland het water vervuilen. Tweederde van onze kleding bevat bij aankoop de hormoonverstorende stof nonylfenol. Na een wasbeurt komt een substantieel deel van deze stof in het water terecht. Dat blijkt uit onderzoek dat Greenpeace vandaag publiceert. Om aandacht te vragen voor deze giflozingen onthulde de milieuorganisatie dinsdagochtend een grote 3D-tekening bij het World Fashion Centre in Amsterdam.
Nonylfenol
Greenpeace wil dat de kledingindustrie stopt met het gebruik van nonylfenol. Ilze Smit, campagneleider giftige stoffen bij Greenpeace: “Puma, Nike, Adidas, H&M, Li-Ning en C&A hebben al toegezegd om het gebruik van gif in hun productie te verminderen, maar dat is niet genoeg. Het moet honderd procent gifvrij, dat kán. Gebeurt dit niet, dan vinden vele generaties na ons het door ons gebruikte gif terug in rivieren over de hele wereld.”
Zuiveren
Waterleidingbedrijven kunnen nonylfenol nauwelijks uit het water zuiveren en zo komt het in ons drinkwater terecht. In Europa is het gebruik van deze stof al sinds 2005 verboden. Dat is niet zo in landen in Azië. Ilze Smit: “Ook Nederlandse kledingmerken, als G-Star moeten nu toezeggen dat ze dit soort stoffen niet meer gebruiken. Het is toch een bizarre situatie dat de spijkerbroeken van G-Star hier in Nederland het water vergiftigen.”
Giftig
De stof nonylfenol is giftig voor al het leven in het water. Het kan leiden tot een gewijzigde seksuele ontwikkeling van onder andere vissen. Ook is aangetoond dat blootstelling eraan schadelijke effecten heeft op de mannelijke en vrouwelijke voortplantingsorganen bij knaagdieren, zoals verlaagde productie van zaadcellen en een toename van sperma-afwijkingen. Wat de gevolgen voor mensen en de menselijke gezondheid zijn, is nog niet wetenschappelijk vastgesteld.