Genieten van giertjes (zolang het nog kan)
• 26-07-2010
• leestijd 2 minuten
Eind juli is het voor de meeste gierzwaluwen alweer inpakken en wegwezen. U kunt getuige zijn van de zomerse exodus van tientallen gierzwaluwen. Hoe? Door iedere dag naar boven te turen en mogelijk de laatste gierzwaluw van het jaar te zien.
De gierzwaluw (Apus apus) is er een van de korte adem. Pas eind april arriveren ze uit hun overwinteringsgebieden in Afrika, broedden hier een tot twee keer, en vertrekken eind juli alweer naar het zuiden. Daarmee is het een van de soorten die het kortst van alle trekvogels in ons land verblijft. Of zouden ze gewoon stiekem hier overzomeren, terwijl ze eigenlijk in Afrika leven?
Normaal gesproken brengen gierzwaluwen een legsel per seizoen groot, maar bij gunstige omstandigheden kunnen dat er ook twee zijn. De laatste weken is het wat dat betreft ideaal weer, want door de hoge temperaturen stikt het van de insecten en daar zijn gierzwaluwen heel erg dol op. Het zou dus wel eens een heel goed gierzwaluwjaar kunnen worden.
Het is in de straten nu een waar gierzwaluwspektakel. Kleine groepjes gierzwaluwen jakkeren al gierend met veel kabaal achter elkaar aan. Een erg fraai gezicht wat helaas alweer heel snel is afgelopen. Vanaf eind juli is het voor mij een hobby (of noem het een tic) om zo lang mogelijk iedere dag mogelijk de laatste gierzwaluw van het jaar te zien. Voor je het weet zijn ze weg en moeten we weer wachten tot volgend voorjaar. Dus dat betekent eigenlijk dat het winterhalfjaar weer is aangebroken. Brrrr, moet er nog niet aan denken…
Waar heb ik mijn handschoenen eigenlijk gelaten?