Tijdens de inventarisatie van de vegetatie op het militaire oefenterrein Joost Dourleinkazerne op Texel zijn in een jong duingrasland 19 exemplaren van het uitgestorven gewaand Gelig baardmos aangetroffen. De vondst is extra bijzonder omdat het korstmos werd aangetroffen op de grond. Normaal groeit het op boomtakken en -stammen.
Gelig baardmos (Usnea flavocardia) is de afgelopen honderd jaar maar één keer eerder gevonden, namelijk in 1991 in een moerasbos bij Soerendonk in Noord-Brabant. Daarvoor is Gelig baardmos een paar keer gezien in het eerste decennium van de twintigste eeuw.
Het deel van het oefenterrein waar deze zeldzaamheid is gevonden, wordt door de militairen niet gebruikt. Het bestaat uit zeer jonge duintjes, die na 1995 op de Hors, de brede zandplaat aan de zuidkant van Texel, zijn gevormd. De natuur kan zich hier vrij ontwikkelen. Behalve de pionierduingraslanden waarin Gelig baardmos groeit zijn hier ook zeer soortenrijke, natte duinvalleien aanwezig. Door de werking van wind en water zijn allerlei waardevolle overgangen tussen nat en droog en zoet en zout ontstaan, waarin veel planten- en diersoorten zich thuis voelen.
De vondst van het Gelig baardmos is extra bijzonder doordat dit de eerste keer is dat deze soort op de grond groeiend is aangetroffen. Normaal groeit deze soort namelijk op takken en stammen van bomen. In dit deel van de Hors zijn veel meer korstmossen op de grond aangetroffen die normaal op bomen groeien. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de grootschalige dynamiek en de natuurlijke ontwikkeling van het terrein.
Het beheer van de militaire oefenterreinen is in handen van de Dienst Vastgoed Defensie. Hierbij is het primair van belang dat het leger op de terreinen kan oefenen en juist hierdoor ontstaan soms unieke natuurwaarden. Bovendien wordt het beheer zo veel mogelijk afgestemd op de specifieke waarden ter plekke. De natuurwaarden worden door de Dienst Vastgoed Defensie nauwkeurig gevolgd in een speciaal voor de oefenterreinen opgezet monitoringprogramma. Ook de groeiplaats van Gelig baardmos zal in dit monitoringprogramma worden opgenomen om de ontwikkeling van deze soort nauwkeurig te kunnen volgen.