Gele weidemieren op de Staart
• 09-08-2012
• leestijd 2 minuten
Gele weidemieren hebben recent het natuurgebied de Staart bij Oud-Beijerland gekoloniseerd. Dit ontdekten medewerkers van FREE nature en het Hoekschewaards Landschap recentelijk tijdens rasteronderhoud waarbij ze vijf nesthopen vonden. Daarnaast troffen ze ook tientallen nesten aan van de zeer algemene zwarte wegmier.
Bijzondere ontdekking
Alhoewel gele weidemieren (Lasius flavus) niet zeldzaam zijn, is het toch een bijzondere ontdekking. Vroeger was de soort algemeen, maar ze is sterk achteruit gegaan. Nu komt deze mierensoort hoofdzakelijk nog voor in extensief begraasde graslanden. Hier bouwt zij nesthopen om boven de vegetatie uit te komen en zo van het zonlicht te profiteren. Gele weidemieren hebben de warmte van de zon nodig om hun eitjes uit te kunnen broeden.
Wortelluizen
Gele weidemieren leven vrijwel uitsluitend ondergronds en vallen daardoor niet op. De kenmerkende begroeide nestbulten in graslanden kunnen uitgroeien tot een behoorlijke omvang en vallen dan steeds beter op. In de nestbulten leven de mieren in symbiose met wortelluizen, die ze "melken" voor hun honingdauw in ruil voor de verzorging van hun larven. Doordat de mieren grond naar boven werken is deze luchtig van structuur en anders van samenstelling dan de omliggende grond. Ook de aanwezigheid van veel wortelluizen beïnvloedt wat er groeit op de nestbult. Hierdoor neemt de variatie aan planten bij de nestbulten toe.
Konikpaarden
De Staart maakt sinds 2003 een natuurlijke ontwikkeling door. Een kudde Schotse Hooglanders en konikpaarden leven er jaarrond en zorgen, naast de waterhuishouding en bodemsamenstelling, voor variatie aan planten en dieren. Door onder andere grazen, mesten, schuren, lopen en sociaal gedrag zorgen ze voor toename van de biodiversiteit. De gele weidemier draagt hier sinds kort ook een steentje aan bij.