'Geen reservaten maar prettig landschap voor weidevogel'

Om weidevogels als de grutto en de kievit een toekomst te bieden, hebben de vogels een veilige omgeving nodig waar ze zich thuisvoelen. In het actieprogramma Weidevogels kiest minister Cees Veerman (Landbouw) niet voor specifieke bescherming van deze vogels zelf maar voor het inrichten van een "rijk weidevogellandschap".

"Ik streef niet naar het ontstaan van weidevogelreservaten", zei de minister donderdag bij de prestatie van het actieprogramma in Maasland. De bewindsman zet in op de zogenoemde gebiedsgerichte aanpak. Gebieden moeten zodanig worden beheerd dat ook weidevogels zich thuisvoelen.

Weidevogels hebben het moeilijk in Nederland. De afgelopen jaren zijn verschillende projecten als Nederland Gruttoland gehouden om de stand te verbeteren. Bijvoorbeeld door weilanden later te maaien probeerden boeren de overlevingskans van de kuikens te verhogen. Maar zonder het gewenste resultaat, zo bleek eind vorig jaar. Het aantal weidevogels daalt nog altijd.

Veerman zei eerder al dat hij de teruggang van hun aantal in 2010 tot stilstand wil hebben gebracht. Alle betrokken partijen - boeren, natuurbeheerders, natuur- en dierenbeschermers en overheid - moeten aan de slag om dat doel te halen. "Er is veel meer nodig om een weiland tot goed kuikenland om te toveren dan alleen laat maaien. En er is veel meer van dat goede kuikenland nodig."

In zijn actieprogramma zet de minister uiteen hoe de grutto en de andere weidevogels weer kunnen floreren in Nederland. Met de gebiedsgerichte aanpak wil hij grotere gebieden geschikt maken voor onder meer de weidevogel. Samenwerking is daarvoor noodzakelijk. Daarbij vindt de minister dat alleen geld gestoken moet worden in gebieden waar de kans op succes het grootst is.

Van dat geld is volgens Veerman flink meer nodig: 35 miljoen euro per jaar meer dan nu. De minister verwacht eind dit jaar het budget rond te hebben.

Om de kans op succes te vergroten hebben de betrokken partijen donderdag in Maasland het Weidevogelverbond gesloten. Boeren, natuurbeheerders, maatschappelijke organisaties, provincies, gemeenten en waterschappen maken zich hiermee gezamenlijk sterk voor de weidevogel.

Bron: ANP