Het is met minder dan honderd exemplaren in het wild één van de meest bedreigde diersoorten ter wereld. Ruim tien jaar geleden dacht men zelfs nog dat hij was uitgestorven: de Filippijnse krokodil. Twee Leidse wetenschappers maken zich al jaren sterk voor het behoud van deze endemische soort en zetten vorige week vijftig gekweekte exemplaren uit. De dieren hebben een zendertje bij zich, waarmee ze de komende maanden worden gevolgd.
Dat het zo slecht gaat met de
Filippijnse krokodil
heeft een aantal oorzaken. Vroeger werd veel op het dier gejaagd voor commerciële doeleinden. Tegenwoordig is de belangrijkste bedreiging het verdwijnen van het leefgebied van de krokodil. Het uitzetten van in gevangenschap gekweekte krokodillen moet het herstel versnellen. Het afgelopen jaar is er intensief overleg geweest met vissers, landeigenaren, omliggende dorpsgemeenschappen en de gemeente over de herintroductie van krokodillen in het meer.
De Filippijnse krokodil (Crocodylus mindorensis) is een zoetwatersoort die alleen in de Filippijnen voorkomt. Van de 23 krokodilachtigen op de wereld is dit de meest bedreigde soort, met op dit moment een geschatte natuurlijke populatie van minder dan honderd volwassen dieren. Tot 1999 dacht men zelfs dat de Filippijnse krokodil was uitgestorven. In 1999 ontdekte de Leidse bioloog Merlijn van Weerd met zijn Filippijnse collega's een tot dan toe nog onbekende populatie Filippijnse krokodillen in een afgelegen berggebied op het eiland Luzon. Sindsdien doet het Leidse Centrum voor Milieuwetenschappen onderzoek naar deze bijzondere soort, en naar manieren om hem te beschermen.
De Filippijnse krokodil leeft in moerassen en bovenlopen van rivieren en is een relatief kleine soort met een vrij smalle bek. De grootste mannetjes worden maximaal 3,5 meter lang, vrouwtjes blijven met maximaal 2,7 meter kleiner. De kleur is bruin tot bruingrijs, jongere dieren zijn lichter en hebben een afstekende lichtere bandering, met de jaren vervagen de tekeningen en worden de kleuren donkerder.
Jan van der Ploeg
en
Merlijn van Weerd
zijn respectievelijk als antropoloog en als bioloog verbonden aan het Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden. Sinds 1999 werken ze mee aan het onderzoek naar en de bescherming van de Filippijnse krokodil. In samenwerking met het Ministerie voor Milieu, lokale overheden en dorpsgemeenschappen wordt geprobeerd oplossingen te vinden voor het behoud van de soort in het wild. Beiden werken als coördinator bij het Filippijnse krokodillenproject en zijn lid van de
IUCN Crocodile Specialist Group
.