Fenolijn 035-6711338

Het is een slecht jaar voor de merel. Volgens SOVON vogelonderzoek zijn de aantallen ten opzichte van vorig jaar gedaald met 15%. Vermoedelijk heeft het te maken met de uitbraak van het voor merels dodelijke usutu-virus, in de zomers van 2016 en 2017.

Dit virus komt uit Afrika en wordt overgebracht door muggen. Een besmette merel ziet er ongezond en verzwakt uit en heeft een vrij rommelig verenkleed.

Volgens SOVON zijn er vooral in steden en dorpen minder merels. De afname daarbuiten is maar 4 a 6%. Ondanks het usutu virus is de zwarte zoetgevooisde zanger nog steeds de meest algemene broedvogel van Nederland. De dichtheden in het stedelijk gebied zijn nu hoger dan in de natuur.

Iets bijzonders natuurlijks gezien, of een eersteling- of laatsteling, bel naar de Vroege Vogels fenolijn op 035-6711338 .

Meer over het Feno-project bij De Natuurkalender .

Bron: SOVON