De uiteindelijke opslag van radioactief afval gaat zo'n 2 miljard euro kosten en 1,4 vierkante kilometer in beslag nemen. Dit blijkt uit onderzoek van COVRA, de Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval. Het bedrijf deed zeven jaar onderzoek naar ondergrondse eindopslag van Nederlands radioactief afval en presenteerde een concept.
Ondergrondse opslag
COVRA, verantwoordelijk voor de opslag van radioactief afval in Nederland, heeft gekeken naar hoe de eindberging eruit moet komen te zien en welke veiligheidseisen daaraan gesteld moeten worden. Volgens de onderzoekers zou opslag in de Boomse klei (laag klei in de ondergrond van het oosten van Nederland en het noordoosten van België) een mogelijkheid zijn. Dat geldt ook voor opslag in steenzout. De kleibodemlaag waar in het onderzoek vanuit wordt gegaan is door heel Nederland te vinden en steenzout in het Noordelijke helft van het land. Een exacte locatie waar eindberging in Nederland zou kunnen gebeuren, wordt niet gegeven. Het kan namelijk zo zijn dat eindberging ook in andere bodemlagen mogelijk is, maar dit moet nog verder onderzocht worden.
Bovengrondse opslag
COVRA slaat sinds 1982 alle kernafval bovengronds op en presenteert meer dan 35 jaar later een conceptplan voor veiligere opvang. Volgens COVRA kan bovengrondse opvang veilig gedurende ongeveer honderd jaar, maar erna moet een oplossing voor lange termijn gevonden worden. Dit is nodig omdat bepaalde soorten radioactieve afval wel zo'n 100.000 jaar radioactief blijven. Ewoud Verhoef, plaatsvervangend directeur van COVRA, zegt dat dit het begin is van het onderzoek en dat het belangrijk is om “de tijd die we hebben tot 2100 te gebruiken om tot een oplossing te komen”.
Het rapport werd aangeboden aan de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS), toezichthouder op de nucleaire veiligheid in Nederland, en EPZ, de exploitant van de kerncentrale in Borssele.