Dreiging zeehondenziekte lijkt voorbij
• 26-07-2007
• leestijd 1 minuten
De kans op een nieuwe massale sterfte onder zeehonden in de Waddenzee is afgenomen. Uit onderzoek is gebleken dat zeehonden die in juni Denemarken en Zweden dood werden aangetroffen, niet het gevreesde zeehondenvirus hebben. Bovendien neemt de sterfte onder zeehonden in beide landen duidelijk af, zei woensdag een woordvoerder van de zeehondencrèche in Pieterburen.
De vrees voor een nieuwe uitbraak van het zeehondenvirus, die in 1988 en 2002 duizenden dieren in de Waddenzee het leven kostte, ontstond eind juni. Aanleiding daarvoor was de vondst van zestig dode zeehonden op het Deense eiland Anholt. Kort daarna werden op een eiland in de omgeving nog eens 33 dode exemplaren gevonden. Daarna werden nog tien dode zeehonden gevonden in Zweden.
Zweedse onderzoekers hebben tot nu toe de aanwezigheid van het gevreesde virus niet kunnen vaststellen. De zeehondencrèche had de Zweden gevraagd of ze materiaal van de dode dieren wilden laten onderzoeken door specialisten aan de Erasmus-universiteit in Rotterdam, maar op dat verzoek zijn zij niet ingegaan. ,,Dat is spijtig want in Rotterdam kunnen ze dat prima onderzoeken. Toch denken we nu dat de kans dat er sprake is van het gevreesde virus, sterk is afgenomen. Waarom die andere dieren in juni dan wel zijn gestorven, dat blijft echter onbekend'', aldus de woordvoerder.