De tranenmuur: toen een hel nu een paradijs voor hagedisjes?
• 28-01-2009
• leestijd 2 minuten
Op het eiland Isabela ligt midden in niemandsland de tranenmuur (“Muro de las Lágrimas”). De muur is gemaakt door gevangenen. Zij stapelden blokken lava op elkaar, die ze eerst zelf moesten uithakken. Ze werden letterlijk aan het werk gezet, tot ze erbij neer vielen. Midden in de zon, weinig water en eten. De meesten overleefden het niet, alleen de muur staat er nog.
De Ecuadoreaanse regering gebruikte in 1946 de infrastructuur van de voormalige Amerikaanse legerbasis op 8 km van het plaatsje Puerto Vilamil op Isabela als strafkolonie voor criminelen uit Guayaquil op het vaste land van Ecuador. Er zaten zo’n 300 gevangenen en 30 bewakers. Een probleem was dat er in het gebied waar de voormalige legerbasis van de Amerikanen was, niets te doen was voor de gevangenen. Het gebied was ongeschikt voor landbouw en de zee was net te ver weg om de gevangenen te laten vissen. Reden waarom het hoofd van de strafkolonie besloot om met de middelen die aanwezig waren, een gevangenis te bouwen. Dit duurde enkele jaren, totdat het hoofd van de strafkolonie vervangen werd. Het nieuwe hoofd verplaatste de strafkolonie iets meer landinwaarts en zette de gevangenen aan het werk in de landbouw, zodat ze hun eigen eten konden verbouwen. Een veel humanere oplossing. De gevangenis werd nooit afgebouwd. Reden waarom er nu een nutteloze muur in het landschap staat.
In 1959, toen de Galapagoseilanden nationaal park werden, werd ook de strafkolonie opgeheven. Volgens Dario - de eigenaar van de bar aan de haven, die geboren is op de Galapagos en tevens gids is van het nationaal park - wonen er nog twee families van overlevenden van het strafkamp op Isabela. Hij vertelt mij: “Het was de tranenmuur voor de sterken, want de zwakken overleefden het sowieso niet.”