Dag 6: plannen, snacks en boetepsalmen
• 09-10-2010
• leestijd 3 minuten
Ik beken: ik heb gezondigd. Niet alleen heb ik mij vergrepen aan een paar chocotoffs, ik heb ook nog eens niet duurzaam avond-gegeten. Mijn excuus? Ben gewoon heel hard aan het werk gegaan en had geen enkele strategie hoe ik de dag qua eten een beetje duurzaam zou doorkomen. Nou is dat in een stad als Amsterdam niet eens zo heel erg. Op elke straathoek is daar wel iets te krijgen dat aan een paar duurzaamheidskenmerken voldoet. En als je het niet vanzelf tegenkomt zijn er groene gidsjes die je verantwoord door de stad loodsen. Aangezien ik de avond een repetitie had van mijn koor, moest ik ergens iets voedzaams halen. Rond etenstijd herinnerde ik me dat er een snackbar was, luisterend naar de rustieke naam Dolores, inmiddels Morning Star genaamd, die de verantwoorde snacker in zijn of haar behoeften kon voorzien. Gered, dacht ik. Want zo’n campagne 40 dagen vol bloggen schept wel verplichtingen . Waar ik echter even niet op gelet had was de tijd. En de juiste tramhalte. Kortom: geen biopatat.
Plan B: snel met tram 1 richting Overtoom. Vlak voor mijn uitstaphalte zag ik in een flits een bord met Marqt. Verlossing is in zicht. Een mens moet ook helemaal geen plannen maken, maar kijken wat er op zijn pad komt. Deze duurzame supermarkt wordt mijn uitweg uit de ellende waarin ik mijzelf gemanoeuvreerd heb. Opgetogen spoed ik met camera naar binnen, op zoek naar kant en klaar voedsel voor uit het vuistje. Tja. Marqt heeft van alles en nog wat, voor de slow en de snelle eter, van kakelverse delicatessen tot diepvries pizza’s en rode zalmen, maar je hebt nog steeds een keuken of op zijn minst vork en mes nodig om het te kunnen opeten. Natuurlijk. Dom. Duurzame winkels verkopen helemaal geen kant-en-klare salades en sandwiches, want dat is helemaal niet duurzaam. Marqt heeft mij zojuist laten inzien dat ik echt de verkeerde weg ben ingeslagen.
Onecht voedsel
Dat is een mooie constatering, maar ondertussen had ik een knorrende maag en nog 20 minuten voor aanvang van de repetitie. En daar gloorde in mijn ooghoek Albert Heijn. In een flits maak ik de keuze voor een sandwich mozarella -pesto, pastasalade met geitenkaas en een flesje geperst sap van aardbeien, frambozen en nog iets. Stevig doorstappend naar de repetitieruimte prop ik mijn boterhammen naar binnen. Ik voel me rot. Volgens mijn zelfgekozen richtlijnen ben ik misschien niet eens zo heel onduurzaam bezig (ik eet geen vlees, geen bedreigde vissoorten, gooi geen eten weg en heb hopelijk niks laten invliegen) maar het voelt niet zo. Zou het dan zo zijn dat het belangrijkste onderscheid in eten niet zit in duurzaam/onduurzaam maar in echt en onecht voedsel? In snelle hap versus eerlijk voer?
De rest van de avond doe ik boete met Arvo Pärt – Kanon Pokajanen (Boetepsalmen). Al zingend werk ik mij een uitweg langs zware thema’s als berouw, bezinning en dan is daar eindelijk de verlossing. Het voedsel in mijn maag verteert en ik besluit met hervonden moed mij verder aan mijn missie te wijden. Ik krijg ineens gedachten over de relatie tussen religie en eten. Er wordt een plan geboren om in een klooster op onderzoek uit te gaan.
Overwegingen van de dag:
- De duurzaamheid zit hem niet alleen in wat je eet, maar vooral ook hoe!
- Misschien is het toch een goed idee als Marqt duurzame kant- en klaarsalades en sandwiches gaat verkopen. Er zijn meer mensen zoals ik…