Advocaat van de natuur en spreekbuis van het milieu.

Column Philip Huff: rust in de natuur

  •  
08-05-2022
  •  
leestijd 2 minuten
  •  
497 keer bekeken
  •  
PhilipHuff

Deze week las ik, thuis, op de bank, over de 175.000 walvissen die tussen 1914 en 1917 werden geslacht voor, onder meer, de productie van nitroglycerine voor Britse bommen in de Eerste Wereldoorlog en van olie voor de voeten van Britse soldaten in de loopgraven.

Walvissen als wapentuig, dus.

Het leek me een voorbode van de zesde massa-extinctie waarin wij nu, een eeuw later, leven; van de mens en zijn veestapel die bijna 95% van al het gewicht van dieren op aarde uitmaakt, van die mens die 0.01% van alle leven op aarde opmaakt maar verantwoordelijk is voor het verlies van 83% van de wilde dieren.

Er bestaat - bijna - geen plek meer waar voor deze feiten te schuilen is.

Ik lag afgelopen week in het ziekenhuis voor een ingreepje aan mijn hart. De kamer was donker, op het licht van de gang na. Daar liepen verpleegkundigen op plastic klompen over linoleum. Ik kon niet slapen. De ventilatie klonk als een vloerschuurmachine op de bovenliggende verdieping.

Ik voelde fantoombloed: om de zoveel tijd een plotse nattigheid bij een operatiewondje dat niet goed dichtging. Vingers erheen. Niets.

Ik sloot mijn ogen.

En was op de Veluwe. Op een plek waar ik al mijn hele leven kom.

Ik stond op een stuwwal. Zag de heide onder me. Droge heide, natte heide. In het midden ervan twee glinsterende vennetjes, alsof een kind ze daar had neergelegd. Slapende struik- en dopheide, die aankomend najaar weer paars zal kleuren. Piepkleine, gifgroene grove dennen die de kop opsteken tussen alle laaggroeiende flora.

En de fauna, de onzichtbare medebewoners van dit gebeid: de bruine en groene kikker, de kleine watersalamander, de hagedis, de adder. En de meer zichtbare, of in ieder geval regelmatig hoorbare medebewoners: de grauwe gans, de kolgans, wilde eenden, en in het bos achter me de koekoek, de kleine bonte specht, de grote bonte specht, de zwarte specht.

Ik werd rustig.

Want we zijn nergens zo thuis als in de natuur. Niet op de bank, niet in een bed, niet op de fiets in de stad. Je voelt het, als je daar zo staat.

Natuur is cultuur, in Nederland. Door te maaien, te plaggen, schapenbegrazing en de verwijdering van opschietende boompjes wordt dit stukje natuur, dit stukje Veluwe in stand gehouden.

Als de dag voorbij en verloren is, en het niet gelukt is om schoonheid te vinden, dan sluit ik mijn ogen en keer daar terug. Het is genoeg, op een druk kruispunt, of in een onrustig aanvoelende ziekenhuiskamer of op de bank met op je buik een boek over walvissen, te weten dat er in Nederland een plek is waar het even lukt, het verdriet en de onrust en de verstikking (zelfs die van de Veluwe) even buiten je gedachten te houden.

Meer over:

philip huff, column
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.