Advocaat van de natuur en spreekbuis van het milieu.

Dolf Jansen: Buitenactiviteiten

  •  
05-04-2020
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
Iedereen van mijn generatie weet dat maart zijn of haar staart roert, en dat we daar maar mee te dealen hadden. En hebben.

Maar 'n maart zoals we achter de rug hebben, had niemand ooit verwacht mee te maken. Denk ik.

Op het moment dat ik deze column schrijf loopt het aantal besmettingen en daarmee helaas ook het aantal doden in Nederland nog op, lijkt social distancing behoorlijk goed te werken – de absolute idioten en egoïsten en bootcampers die op de een of andere manier denken dat alles wat we allemaal moeten doen niet voor hen geldt, hebben zich teruggetrokken in hun holen, en dan zeg ik het bewust heel netjes - en druppelen er soms positieve berichten door, in de richting van een vaccin, over afnemende aantallen in Italië.

We zijn, gelukkig gelukkig, niet in een total lockdown-situatie verzeild geraakt, en juist u, lieve vroege luisteraars, zal begrijpen waarom. We hebben, denk ik, altijd ‘buiten’ in de ruimste zin des woords nodig om het vol te houden, waarbij het het harde werken is, de stress die we soms tegenkomen, de grote vragen in ons hoofd, de 100%-keuzes die we geacht worden te maken terwijl we maar 50% van de kennis hebben, het leven eigenlijk.

Niet alleen die lange wandeling door bos of langs het strand, niet alleen dat rondje joggen door de polder (ik praat nu even over u, ik mag van mezelf over mezelf joggen noch rennen gebruiken, sorry), ook het groen dat we vanuit onze huiskamer zien, ook het park verderop, overal waar we de natuur tegenkomen, ruiken, zien, voelen, beleven (om die vreselijke term ook maar eens te gebruiken), overal gebeurt iets met ons. Iets goeds.

Je mag het rust noemen, een ander zal voelen dichter bij de aarde te komen, het kan iets filosofisch zijn en poëtisch, iets medisch en iets mentaals, maar het is vooral echt en bereikbaar en op alle manieren zo vreselijk nodig.

Of ik nou iets verderop een van de bossen rond Hilversum inloop, of bij mij in de buurt de polder of zelfs het Amsterdamse  Bos, ik voel me anders, ik wil iets anders, ik hoef niet zoveel meer – behalve doorlopen dan – ik weet zeker dat de lucht anders ruikt en mijn hart beter bonkt, ik zie elke keer weer bomen die ik nog nooit in mijn leven zag, ik zie door het jaar heen alles veranderen en eigenlijk hetzelfde blijven, ik hoor vogels die ik niet hoeft te kennen of herkennen, ik weet dat onder elke voetstap zich in de bodem processen afspelen die mindboggling zijn, ik weet dat bomen communiceren, ik weet dat er in mijn directe omgeving honderdduizenden kilometers van schimmeldraden de boel een beetje bij elkaar houden, ik ruik....afijn, we hoeven er niet mee bezig te zijn, maar dat alles is er, dat alles maken we mee. En hebben we zo nodig, ook als we netjes anderhalve meter afstand van elkaar houden – EN DOE DAT ALSTUBLIEFT - juist ook als zoveel zekerheden wegvallen. En alle plannen die we hadden in de oud papier bak kunnen.

En in de ruimte die daar en daardoor ontstaat, doe ik u een nieuw plan aan de hand. Oké, nieuw voor mij, maar ik ga ervan uit dat velen van u zich maandelijks in deze columnist herkennen. Het plan: ga planten, zaaien, bijhouden, verzorgen, oogsten ook. Ga moestuinen, als dat een werkwoord is. Waarbij tuin ook balkon, dakterras of rijtje potten en bakken kan zijn. Het geeft je iets echt leuks te doen, het brengt de natuur dichterbij en als het hier en daar lukt hou je er nog wat fijne groentes en kruiden aan over ook. Ik raakte geïnspireerd door Het Grote Moestuinier Boek van Elbrich Fennema, een vrouw die als ze niet met haar handen in de potgrond staat te wroeten Haruki Murakami vertaalt. Haar boek gaat van aubergine naar zeekool en komt tussendoor langs bij verveine, boomspinazie, framboos en aardpeer. En onderscheidt ondermeer de culi-tuinier, de taoïstische tuinier, de tuinloze tuinier en goddank ook de absolute beginner.

Plus het motto van het boek luidt Zaai, schep, groei, kijk, pluk, proef en verwonder. En nu hou ik erover op, want u moet – als Vroege Vogels is afgelopen uitroepteken – naar buiten, en ik moet mijn Kaapse knoflook water geven. Fijne zondag!

Meer over:

dolf jansen
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.