Advocaat van de natuur en spreekbuis van het milieu.

Chantal van Dam: Bevers tellen

  •  
09-10-2009
  •  
leestijd 2 minuten
  •  
Het was begin maart. Anders dan nu stond het water in de Waal hoog. De uiterwaard voor mijn woonplaats was nagenoeg ondergelopen. Op een avond zag ik daar vanaf de dijk een zoogdier zwemmen. Ik kon het niet goed herkennen, totdat het zo attent was uit het water te klimmen en een grote, ronde, platte staart mee te slepen. Geen twijfel mogelijk. Een bever. Ik had een doorgewinterde veldbioloog als getuige.
We gaven onze waarneming door en kregen het verzoek of we beverwachter wilden worden. Beverwachter! Je zou het als beroep willen opgeven. Of in je paspoort willen bijschrijven. Ja, vanuit een ver padvindersverleden kwam zelfs de behoefte aan een insigne op.
Nadat het water gezakt was, gingen we op onderzoek uit. We vonden wat knaagsporen, maar het dier zelf liet het afweten. Ook later in het jaar wilde het zich niet meer vertonen. Maar eens beverwachter altijd beverwachter. Toen ik de kans kreeg aan een bevertelling mee te doen gaf ik mij meteen op. Zo kwam ik in een uiterwaard bij Deventer aan de Ijssel terecht. De telploeg bestond uit vrijwilligers zoals ik en een coördinator van Staatsbosbeheer. Er vormden zich koppels van ervaren tellers en groentjes. Elk koppel kreeg een sleutelpost in de uiterwaard toegewezen. Mijn compagnon en ik moesten eerst een weiland met koeien door. Daar kwamen zij massaal aangehupst, tuk op een verzetje. Ja zeg, we waren hier niet om koeien te tellen. Zat er trouwens geen stier bij? Ik vertrouwde op mijn compagnon en zijn telescoop, waarmee hij zonodig rake klappen kon uitdelen. Eenmaal geïnstalleerd verdeelden we de taken. De een hield het water links van de telpost in de gaten, de ander dat aan de rechterkant.
Ongelofelijk hoeveel misleidende kringen er op een warme nazomeravond in het water ontstaan. Door een vleugje wind, een vogel, een vis en horden insekten. Maar geen bever. De lucht kleurde rood, het water zwart, de oevers werden in de schemering ondoorgrondelijk. Kon het waar zijn? Ja, het V-vormig spoor van een zwemmend zoogdier, en iets groots, iets ronds…Ik waarschuwde mijn compagnon. Moet je kijken, daar, zie je dat?
Dat is een eend, zei hij. Ongelofelijk hoe goed een eend op een warme nazomeravond een bever kan nadoen.
Even later werden uit een naburig weiland honderden grauwe ganzen verjaagd, die een eind verderop neerstreken om luidkeels te gaan zitten klagen. De kans op bevers was nu wel verkeken. We gaven het op. Bij wijze van troost zagen we een watervleermuis, bezig al die misleidende insekten op te ruimen. Dat zou ze leren.
Terug bij het verzamelpunt hoorden we dat ook de andere koppels geen bever hadden waargenomen. De coördinator informeerde het centrale meldpunt. Aantal bevers: nul. Toen kwam het bericht door dat de telploeg bij Hattem twee dieren had gezien. Ja, zij wel.
Maar een echte beverwachter kent geen jaloezie. Fantastisch toch, al die bevers in Nederland?
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.

BNNVARA LogoWij zijn voor