Even voelde ik me bevrijd van het strakke groene korset van honderden buxusplantjes. Weg met die rechte vormen, op naar een natuurlijkere tuin. Maar wat rest is een lange rij stoepranden die de grond moeten keren. De buxus was niets meer of minder dan groen behang. Wat nu? Ik heb twaalf jaargangen l’Ami des Jardins, Mon Jardin en Maison et Jardin doorgeworsteld. Het heeft wel bruikbare ideeën opgeleverd voor de rest van de tuin, maar niet voor de smalle stoeprandenstrook van 15 cm. breed en 40 meter lang.
De andere kant van de border waar de buxus uit is gesloopt geeft minder problemen. Hier is geen hoogteverschil en zorgen hertshooi, varens en ezelsoor al voor de nodige invulling. Als ik hier een groep geraniums (macrorrhizum) en carex (morrowii 'variegata') plant kan het wel wat worden.
Gisteren ben ik begonnen om in de smalle strook dezelfde soort te planten die ook een etage hoger groeit. Hier staat nu een flinke rand ezelsoor (stachys). De moederplant kijkt op de kleintjes toe. Met een beetje geluk groeien ze naar elkaar toe. Hetzelfde trucje heb ik toegepast met tiarella. Onder de overhangende bérberis heb ik maartse viooltjes neergezet. Helemaal aan het einde van de border met stoepranden waren de varens al bezig de buxus te verdringen. Die kunnen daar blijven staan in de schaduw van enkele hoge bomen.
Resten nog drie grote gaten die gevuld moeten worden, liefst met overhangende makkelijke planten die van zon en klei houden en in de winter niet helemaal afsterven. Wie het weet mag het zeggen. Mail je tips naar
info@groenlingen.com