Ruim 850 mensen deden afgelopen zomer mee aan het burgeronderzoek van Natuur
& Milieu en ASN Bank. Verspreid over het hele land brachten deelnemers de kwaliteit
van 874 kleine wateren, zoals sloten, plassen, meren en vennen in beeld.De resultaten laten zien dat, net als
bij de grotere wateren, ook de kwaliteit van kleine wateren zorgelijk is. Wetenschappelijke
controlemetingen bevestigen deze conclusie. Uit de controlemetingen blijkt ook
dat 65% van de wateren een te hoog stikstofgehalte heeft. De overheid meet de
kwaliteit van kleine wateren nauwelijks. Door de metingen van honderden
vrijwilligers, komt nu toch data beschikbaar.
Kleine wateren zijn kwetsbaar
Kleine wateren vormen samen een derde van het
Nederlandse oppervlaktewater. Ze liggen vaak dichtbij verontreinigingsbronnen
en zijn daardoor kwetsbaar. Mest, bestrijdingsmiddelen, medicijnresten en riooloverstorten
bedreigen de waterkwaliteit. ‘Het zijn de haarvaten van ons watersysteem. Leefgebied
van vogels, insecten, vissen en planten. We genieten er dagelijks van. Maar door
vervuiling loopt de biodiversiteit gevaar en wordt onze drinkwaterzuivering
steeds moeilijker en duurder. Er is dringend actie nodig, en daarvoor is het
heel belangrijk dat er gemeten wordt. De overheid doet dat nauwelijks in de
kleine wateren, maar dankzij deze vrijwilligers hebben we nu data over heel Nederland’,
aldus Rob van Tilburg, directeur Programma’s Natuur & Milieu. Uit eerder
onderzoek bleek dat de waterkwaliteit van grote wateren ernstig onder druk
staat.
Meten met de massa loont
Het burgeronderzoek ‘Vang de watermonsters’ gaat over de ecologische
kwaliteit van oppervlaktewater. De metingen geven een goede indicatie van de
ecologische toestand van een water. Er is gekeken naar onder meer helderheid
van het water en soorten waterplanten. Uit de resultaten van de deelnemers blijkt
dat 22% van de onderzochte wateren slecht scoort (troebel, kroos), 61% matig (tekenen
van vervuiling) en 17% van goede kwaliteit is (helder water, ondergedoken
planten). Onderzoeksinstituut NIOO-KNAW heeft 1 op de 10 locaties opnieuw
onderzocht en daarnaast ook de nutriënten in het water gemeten. Daaruit blijkt dat,
wanneer ook nutriënten als stikstof en fosfaat worden meegenomen, maar liefst
driekwart van de wateren slecht scoort.
Stikstof en fosfaat
Bij 76% van de wateren die het NIOO-KNAW onderzocht, is de stikstof- en/of
fosfaatwaarde boven de gehanteerde norm (enkel stikstof 65%, enkel fosfaat 55%).
Zorgwekkend vindt Natuur en Milieu. ‘De stikstofcrisis manifesteert zich ook in
ons water. Bij hoge concentraties stikstof en fosfaat kunnen veel planten en
dierensoorten, die op en rond het water leven, niet meer gedijen. Ook voor de
waterkwaliteit in ons land is het dus van groot belang dat het kabinet de stikstofcrisis
effectief aanpakt’, aldus Van Tilburg. Onderzoeker Sven Teurlincx
(NIOO-KNAW) ziet de grote potentie van burgeronderzoek: ‘Burgeronderzoek kan
een belangrijke signaalfunctie vervullen. Het geeft een goed eerste beeld van
de toestand van het water en levert bruikbare data voor waterbeheerders op om
verontreiniging verder te onderzoeken en aan te pakken.’
Nationaal Wateronderzoek
Komend jaar wordt het onderzoek herhaald, maar dan met nog meer
burgeronderzoekers en op meer locaties verwachten Natuur & Milieu en ASN
Bank. De organisaties willen dit samen doen met waterschappen, provincies en
het Rijk. Roel Nozeman, biodiversiteitexpert ASN Bank:‘De hoge respons laat zien dat mensen zich betrokken voelen bij de
kleine wateren bij hen in de buurt. Uit het onderzoek blijkt dat onze
leefomgeving kwetsbaar is. Het is heel mooi dat mensen daar met waterbeheerders
verandering in willen brengen.’