De opwarming van het klimaat vormt in Europa een bedreiging voor het voortbestaan van heel wat wilde plantensoorten. Bosplanten hebben het daarbij extra moeilijk, omdat zij zich erg traag verplaatsen. Dat concludeert Sebastiaan van der Veken van de Belgische universiteit KU Leuven in zijn doctoraatsonderzoek.
Door de opwarming van het klimaat verschuiven klimaatzones in Europa naar het noorden. Planten moeten meeverhuizen, willen ze blijven voortbestaan. Veel planten zijn hier redelijk toe in staat door hun zaadverspreiding. Via wind, water en vogels zijn de planten in staat hun zaad over verre afstand te verplaatsen. Bosplanten hebben zich echter aangepast aan de stabiele omstandigheden in bossen. Moederplanten laten hun zaden direct vallen op de grond, waar ze vervolgens kiemen. Doordat bosplanten geen technieken hebben ontwikkeld om zich ver te verspreiden, verplaatsen ze zich erg traag. Volgens Van der Veken enkele centimers of decimeters per jaar.
Van der Veken toont in zijn onderzoek aan dat veel typische plantensoorten die nu nog heel gewoon zijn in onze bossen, in de toekomst erg kwetsbaar zullen worden. Sommigen zullen zelfs met uitsterven bedreigd worden als de klimaatgrenzen in de 21e eeuw plots veel sneller naar het noorden verschuiven dan tot nu toe geval was.
Hij pleit ervoor na te denken over mogelijke oplossingen. 'De verspreiding van zaden tussen afzonderlijke stukjes bos kan gestimuleerd worden, onder andere door de aanleg van corridors. Als dat ook niet volstaat zou de mens zelf hele plantenbestanden naar het noorden kunnen verplaatsen', aldus Van der Veken.