Zodra de rode bosmierenkoningin is bevrucht, landt ze ergens in de buurt van rottend hout en begint ze in een holletje eitjes te leggen. De eerste larven worden niet gevoed, maar dienen als voedsel voor de koningin zelf. Zodra er enkele larven uitkomen, beginnen deze mieren met het voeden van de koningin. De rest van het broed kan veilig uitkomen! De eerste mieren voeden dan zowel de koningin als de jonge larfjes. (bijdrage: Ton Cox)