De boom heeft een ecologische waarde voor allerlei planten- en diersoorten. Zo bieden bomen nest- en schuilgelegenheid voor vogels. Wanneer ze als lijnvormig element aangeplant worden, kunnen ze op oudere leetijd deel uitmaken van een vleermuizenroute. Daarnaast bieden oude bomen plaats aan vleermuizen en uilen. Minder zichtbaar en minder aaibaar zijn de vele insecten die van bomen afhankelijk zijn. Onder de schors leggen insecten in het najaar hun eieren. Dit zijn prima plaatsen om te overwinteren. Bloesem levert het hele seizoen bijenvoer. Hommels zijn ijverige bezoekers van de vroegbloeiende wilgen. Ook mossoorten en schimmels voelen zich er thuis.
Omgevallen en dode bomen spelen nog steeds een belangrijke rol in het ecosysteem als schuil-, voedsel en groeiplek.