Blog Groenland: Mist en regen
• 24-08-2012
• leestijd 1 minuten
Tot nu toe hebben we achttien nesten van drieteenstrandlopers gevonden. Met mijn GPS meet ik elke dag hoe lang onze tochten door de bergheuvels hier zijn. Voor elk gevonden nest hebben we gemiddeld 18,6 km moeten afleggen. Da’s behoorlijk pittig door de beklimmingen, bovendien moeten we ons regelmatig door diepe sneeuw en modder ploegen.
Achttien nesten is weinig. In eerdere jaren had ik omstreeks deze tijd al negentien tot zelfs wel vijfendertig nesten gevonden. Ik denk dat de vele sneeuw ons hier parten speelt. Plekken die voorheen geschikt bleken voor nestelende drieteenstrandlopers waren een week geleden nog bedekt onder een laag sneeuw. Sommige nesten vonden we op een kletsnatte helling waar permament water stroomt vanwege een groot sneeuwveld dat nog steeds smelt. Door de bevroren bodem verdwijnt het smeltwater niet in de bodem, maar stroomt het door de spaarse vegetatie en bestaat de bovenlaag uit modder. Die smelt is heel snel gegaan na enkele zonnige dagen.
Nu hebben we al voor de vierde dag op rij te maken met mist en af en toe lichte sneeuw. De temperatuur ligt rond het vriespunt, overdag meestal iets erboven. Gelukkig blijven we tijdens de inspannende beklimmingen van de berghellingen meestal lekker warm, hoewel onze vingertoppen regelmatig koud aanvoelen, zelfs met handschoenen aan. De mist is voornamelijk vervelend omdat door het verminderde zicht het vinden van drieteenstrandlopers en hun nesten erg lastig is.