De eenden doen vreemd. De eenden rond mijn huis en mijn eigen eend ook. De mannetjes rennen opgewonden achter de vrouwtjes. En de vrouwtjes stellen zich verschrikkelijk aan. Wat volgt is een rot tafereel. Mannetjes, meestal meer dan één, bespringen een vrouwtje. Duwen haar onder water en proberen haar te verkrachten. Of in ieder geval is het woord "verkrachten" mijn vertaling voor wat zich afspeelt. Ik heb altijd meelijden gehad met die arme eendenvrouwtjes. Ik heb zelfs ooit een eend in huis genomen omdat ze al te bruut genomen werd.
Arme eenden.
Toch vraag ik me af of ik nou medelijden met die eendenvrouwtjes moet hebben. Ze lijken er ook een beetje om te vragen. Met een vreemd soort gekwaak en apart gewaggel vragen ze de aandacht van de mannetjes. Het doet mij denken aan de puberale zwembadtaferelen, waar ik nooit aan mee durfde te doen. Meisjes die gillend door het zwembad rennen. Achternagezeten door pukkelige jongens die ze uiteindelijk in het water gooien. "Ieieieie..." gillen de meisjes, verontwaardigd en tevreden. Mijn medelijden met deze meisjes was, toen ikzelf nog puber was, misplaatst en feitelijk was ik gewoon te bescheten om zelf mee te doen.
Is mijn medelijden met die eendenvrouwtjes ook misplaatst?
Het resultaat van al dat aanstellerige gedoe is een sloot vol jonge eendjes. Een feest voor de reigers die van jonge eendjes houden. Het is een vreselijk gezicht: met opgezette nekveren en in een soort van extase vreet een reiger zo drie van die eendjes achter elkaar op. Hij trilt er helemaal van en als-ie de eendjes opheeft dan vliegt hij op met een speciaal soort gekrijs dat je anders nooit hoort.
Ik weet dat het niet anders kan. Dat eenden zoveel eieren leggen, dat er binnen de kortste keren een eendenplaag is, als er geen reigers waren. Toch hou ik er niet van. Ik heb zelfs overwogen een kruisboog aan te schaffen; om de reigers neer te schieten. Maar wat nou als ik een reiger half zou raken? Zou ik de reiger dan achterna gegaan zijn om hem af te maken? En hoe zou ik dat hebben gedaan? Zou ik zijn nek hebben gebroken?
Ik vrees dat ik, als ik zelfs te laf was om meisjes in het water te gooien, zeker te laf ben een reiger doormidden te breken. Geen kruisboog dus. En eenden in mijn sloot zullen tot in lengte van dagen gegeten worden.
Wat een verspilling. Aandacht trekken; verkrachten; broeden; beschermen en verzorgen en uiteindelijk met lege handen staan. Wat een treurige verkwisting in zo'n eendenleven.
Toch werkt die verspilling ook een beetje louterend. De zichtbaarheid van de verspilling doet me realiseren dat er verspilling is. Dat het niet allemaal ergens toe leidt of hoeft te leiden. In mijn leven is een ongepubliceerd boek zonde van de tijd en een ongelezen of ongehoorde column verspilling. Maar de eenden doen mij realiseren dat dat er allemaal bij hoort. Aanstellerige, wijze eenden.