Eens per jaar vindt een grote migratie van vrouwelijke schildpadden plaats. Geleid door zon en maan zwemmen deze dieren tot wel honderden kilometers ver om aan land te komen. Eenmaal op het juiste strand aangekomen zijn ze een groot deel van de nacht bezig om een kuil te graven en daar hun eieren in te leggen. Deze grootschalige migratie voor eiafzet wordt ook wel arribada genoemd. De arridaba blijkt afhankelijk te zijn van de stand van de maan. De schildpadden komen namelijk altijd in het eerste of laatste kwartier van de maan aan land. Het is niet goed bekend waar dit door komt, maar er zijn wel speculaties. Zo is de branding bij deze maanstand rustiger dan bij volle of nieuwe maan. Voor de schildpadden heeft dit als voordeel dat zij zich gemakkelijker door de branding kunnen bewegen. Ook worden hierdoor minder eieren uit de kuilen gespoeld, waardoor ze verstopt blijven voor roofdieren.