Ankeveense petgaten

De petgaten worden ook wel veenplassen genoemd. Deze plassen zijn ontstaan omdat in het veenlandschap turf werd afgegraven om het te gebruiken als brandstof. De turf werd gewonnen en te drogen gelegd op smalle stroken land, de legakkers. Daar waar de turf werd uitgestoken ontstonden langgerekte plassen, ook wel petten of petgaten genoemd. Deze plassen worden tegenwoordig vaak gebruikt ter recreatie.

De Ankeveense petgaten is een laagveengebied met plassen, grasland en moerasbos en is onderdeel van de Vechtplassen. Het grootste gedeelte ligt ten westen van het dorp Ankeveen en bestaat voornamelijk uit plassen en moerasbos. In de Ankeveense Plassen is patroon van vervening nog duidelijk herkenbaar. De plassen zijn door riet omzoomd en in de petgaten vormt zich opnieuw laagveen.
 
In het voorjaar en in de zomer broeden in het gebied veel water- en moerasvogels, zoals roerdomp, waterral, grauwe gans en rietzanger. Ook broeden de zeldzame vogelsoorten zwarte stern, grote en kleine karekiet er.

De Ankeveense Plassen worden door de Dammerkade opgedeeld in een noordelijk en zuidelijk deel. Het zuidelijke deel bestaat uit voedselrijke heldere veenplassen. Hier groeien bijzondere waterplanten, zoals groot nimfkruid, blaasjeskruid en drijvend fonteinkruid. Vanaf de Dammerkade en het voetpad langs de Kromme Googh zijn de plassen voor voetgangers te overzien. Een goed overzicht per fiets heeft u vanaf het Bergse Pad en de Stichtse Kade. Het Bergse Pad gaat over in het Verlengde Bergse Pad dat doorloopt tot aan bezoekerscentrum ’s-Graveland.

Bron: Natuurmonumenten