Ze zat erin, eindelijk, na fanatiek lobby’en mocht Hila Noorzai mee naar Albanië voor het 22ste seizoen van Wie is de Mol? Inmiddels is een plek in Nederlands favoriete wie-is-het?-spelletje
een erebaan, een cv-knaller, een heuse droom en als je ergens van droomt moet je niet afwachten, vindt de EenVandaag-presentator. Neen, dan maak je een plan, stippel je het pad ernaartoe uit en vertel je gewoon trots dat je jezelf in de kijker hebt gespeeld.
Voor WIDM? hoor je gevraagd te worden. Vond je het niet rottig dat je jezelf moest aanmelden?
Schaterend: Nee hoor! En ik ben heus niet de enige, alleen die anderen zeggen het niet hardop. Ik ben meer van: jongens, het maakt me niet uit hoe ik er kom, maar ik zit er. En als ik zit, ga ik goed zitten. Dat moet ook, want ik ben niet het type dat wordt gebeld met de vraag of ik zin heb om ergens aan mee te doen, dus daar moet ik zelf achteraan.
Nou ja, dat is nu misschien veranderd. WIDM is een goede opstap naar het Bekende Namenschap.
Zeker, er kijken elke week 3,5 miljoen mensen naar je. Volgens mij is niemand er ooit slechter uit gekomen. Maar dat was voor mij niet de reden om mee te doen. Ik plan alles, en dit programma leek me geweldig omdat je er helemaal in wordt ondergedompeld. Je bent weg uit de bestaande wereld en hebt geen controle over wat er gaat komen. Dat loslaten leek me een mooie uitdaging, want ik ben een controlfreak. En natuurlijk was ik benieuwd hoe ver ik zou kunnen komen. Nou: niet ver, bleek.
Heeft soapacteur Ferri Somogyi (soapacteur, red.) je al gebeld?
Nee, hoezo?
Van je WIDM?-collega Arno Kantelberg begreep ik dat Ferri een bedrijfje heeft dat videoboodschappen van BN’ers verkoopt. Even inspreken en kassa. Arno was door hem benaderd.
O god, nee. Maar ik krijg via Instagram wel heel veel berichtjes binnen of ik dat soort filmpjes voor mensen wil maken. Ik krijg ze trouwens zelf ook opgestuurd. Er zijn allemaal jonge kijkers die eigen edits maken van stukjes Wie is de Mol?, vooral van Laetitia (Gerards, red.) en Welmoed (Sijtsma, red.) en mij. Dat we de Power Puff Girls zijn bijvoorbeeld. Heel schattig. Of foto’s van mensen die me hebben nagetekend. Die zijn trouwens de ene keer beter voor mijn zelfvertrouwen dan de andere keer.
Wat, portretten?
Ja joh, die fanwereld is krankzinnig. Van de week kwam de vraag of ik mijn favoriete recept wilde mailen. Haar kon ik niet helpen, want ik kan niet goed koken.
Hila’s tosti.
Ja, of havermout met havermelk: havermout in een kom doen, havermelk erbij, koken. Eet smakelijk.
Heb je tijdens de opnamen nog iets over jezelf opgestoken?
Ik ben best wel fanatiek. Ik kan moeilijk loslaten dat iets maar een spelletje is, ik wil dan toch winnen. Maar ik blijk daarbij niet over lijken te gaan, dus dat is geruststellend. En ik help anderen. Kennelijk vind ik het fijner om bondgenoten te hebben en samen te werken.
Van tevoren was het jouw doel om jezelf te zijn. Wie is dat dan?
Ik ga niet door iemands spullen. Ik pik geen jokers. Ik kan best een leugentje om eigen bestwil vertellen, maar bewaak mijn eigen grenzen. Vuil spelen past niet bij mij, ook niet als het omwille van het spel is.
Ik doelde eigenlijk op meer dan alleen Hila de spelkandidaat. Het is een trend dat BN’ers – sorry voor de term – in interviews leeglopen over hun jeugd, ziel en zaligheid. Jij houdt je leven bewust privé, terwijl de pers staat te springen om verhalen zoals het jouwe, namelijk ‘een kind van vluchtelingen die het heeft gemaakt’. Waarom kies je voor privacy?
Vooral omdat ik voor dit werk heb gekozen, niet mijn omgeving. Naar mijn familie ben ik heel beschermend, en ook mijn vriend wil niet in de media. Dat respecteer ik. Mijn leven is iets van mij. Daardoor is het misschien lastiger om mij te leren kennen, want ik weet ook heus wel dat het goed kan zijn als mensen zich kunnen herkennen in iemand die op televisie is. In mijn geval: hé, mijn ouders zijn ook gevlucht, ik snap jouw levensverhaal. Ik heb een aantal interviews met Eva Jinek gelezen, waarin ze ook over haar ouders praat. Dat inspireert me zeker, maar ik vind het zelf eigenlijk wel lekker dat niet iedereen alles van me weet.
Bovendien: ik bén al heel veel. Een jonge, ambitieuze vrouw van kleur op een bepaalde positie. Dus ik hoef niet ook nog eens hard te schreeuwen om gezien te worden. Mijn werk kan best voor zichzelf spreken.
Lees verder in de VARAgids 9 vanaf bladzijde 8.
Meer over:
artikelenOntvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief