Interview: Henkjan Smits (voorheen Idols, hij gaat níet kijken)
01-02-2017
•
leestijd 9 minuten
•
285 keer bekeken
•
Aan de vooravond van een nieuw seizoen ‘Idols’ een gesprek met Henkjan Smits, jurylid-legende van het eerste uur. ‘De puurheid van het eerste jaar komt nooit meer terug.’
Vijf miljoen mensen zagen in 2003 de eerste finale van Idols. En ook tijdens de voorrondes stemde Nederland massaal af op de RTL-talentenjacht waarin juryleden Henkjan, Eric van Tijn, Jerney Kaagman en Edwin Jansen de auditanten op een hoge dosis ongezouten kritiek trakteerden. Afgelopen voorjaar maakte Idols een comeback op RTL 5 en nu staat daar een tweede seizoen voor de deur.
Ga je naar Idols kijken? Nee. Ik heb het een keer gezien en daar laat ik het bij. Andere talentenjachten, zoals The voice, kijk ik ook maar een keer per seizoen. Ik kan er niet het geduld voor opbrengen. Ik zie liever iets waar ik heel erg om moet lachen.
In jouw tijd was het toch de bedoeling dat mensen erom lachten? Ja. En ik denk dat de auditie-rondes nu ook wel lachwekkend bedoeld zijn, maar sinds de tweede editie van Idols verging het lachen me steeds vaker. Toen kwamen er opeens mensen die grappig gingen doén om maar op tv te komen, maar kon ik er niet meer om lachen. De puurheid van het eerst jaar komt niet meer terug. Ik heb mezelf gedwongen om een auditie-aflevering van de nieuwe Idols een keer van het begin tot het eind te zien en er in de media niets over te zeggen.
Waarom niet? Met spottende blik: Omdat ik het zó goed vond. Ik vond die jury heel oprecht, heel geloofwaardig. Maar zoals gezegd, ik zeg daar verder niks over.
[blendlebutton]
In de documentaire die twee jaar geleden werd uitgezonden over de eerste lichting Idols-kandidaten, zegt deelnemer Joël dat je marktwaarde en eigenwaarde op een gegeven moment synchroon gaan lopen waardoor je je met het verdwijnen van de roem minder waard gaat voelen. Had jij daar geen last van? Ik kan me zijn gevoel goed voorstellen. Ik ben zo blij dat ik de veertig ruim gepasseerd was toen ik met Idols begon, want dan heb je daar geen last van. Ik heb ook altijd tegen alle artiesten gezegd: ‘Ga nooit in je eigen mythe geloven.’
Dat heeft bij veel Idols-deelnemers niet voorkomen dat ze naderhand veel last kregen van die instant roem die erna ook weer plots verdween. Ik vond het wel wat overdreven hoor. Ik vond het niet zo’n sterke documentaire.
Er vloeiden best veel tranen, dat is toch niet voor niks ? Ach, hou toch op! Nee, ik geloof er allemaal niks van, haha.
Waarom niet? Ik geloof heus wel dat het verdrietig is geweest, maar we hebben ook altijd tegen ze gezegd: ‘Je hebt het zelf in de hand, je moet niet achterover gaan leunen op het moment dat je opeens bekend bent doordat er wekelijks miljoenen mensen naar je kijken, want daarna begint het pas.’ Daarom vind ik Jim en Jamai heel sterke voorbeelden van mensen die zich ontzettend hebben ontwikkeld. En die hoor je ook niet klagen of huilen in die documentaire, sterker nog, die kijken er met veel plezier op terug.
Tv-kenner Bert van der Veer voorspelde terecht dat de comeback van Idols nog prima kon want de auditierondes zijn altijd spraakmakend, ‘hoe merkwaardig het ook is dat mensen die leiden aan zelfoverschatting zich elke keer weer op tv willen laten afbranden.’ Valt Idols eigenlijk ook niet onder wat Youp van ’t Hek zo tegen de borst stuit bij hulp-tv, namelijk: het over de rug van kneuzen scoren? Ik vind dat ik niet degene moet zijn die jongeren tegen zichzelf moet beschermen. Dat is een taak van de ouders.
Waar sta jij in de Youp van ’t Hek versus Erland Galjaard-discussie? Bij wie ligt de verantwoordelijkheid als je hulp-tv maakt? Ik kan niet tegen televisie die ik niet geloof. Als ik huilogen zie, zap ik weg. Maar ik vind het de verantwoordelijkheid van degene die eraan meedoen. Net als bij Idols. Dat neemt niet weg dat ik een paar keer aan de bel heb getrokken omdat het aan mijn normen en waarden voorbij ging. Een keer fikte ik een meisje af op haar zangkwaliteit, waarna ik merkte dat ze lichamelijk en geestelijk gehandicapt was. Toen heb ik verboden die auditie uit te zenden. Bij Popstars deed een man mee en toen zei een redacteur tegen ons: ‘Deze man moet je even goed te grazen nemen’. Die man vertelde vervolgens dat zijn vrouw was overleden, en dat hij zijn liedje speciaal voor zijn kinderen speelde. Echt een hartverscheurend mooi verhaal. Hij zong het niet bijster goed, maar ook niet heel slecht. Toen heb ik ook de opname gestopt. Ik ben constant bezig geweest om binnen mijn eigen grenzen te blijven.’
Moet Peter Jan Rens tegen zichzelf in bescherming genomen worden? No way! Die man weet precies wat roem is en hoe makkelijk die ook weer weg is. Die wil gewoon nog een tweede, of een derde succesje meemaken. Misschien is deze reallifeshow wel zijn laatste strohalm om geld mee te verdienen. Nou, dat is toch mooi. Ik vind alleen wel dat je eerlijk moet zijn over je beweegredenen. Bij hulp-tv moet je niet zeggen dat je eerste doel is om die mensen te helpen – nee, je eerste doel is om televisie te maken. Ik deed niet mee aan Idols om iemand te helpen aan een zangcarrière, ik deed mee om zelf een nieuw idool te vinden en daarmee te gaan werken. RTL heeft een commercieel doel, en als jij als commerciële zender merkt dat je met ramptoerisme meer kijkers trekt, dan kies je daarvoor. Als je met een ongeluk van de Formule 1 beter scoort dan met ongelukvrije Formule 1, dan zend je die ongelukken uit. Ik geloof sowieso niet dat het doel van een televisiemaker is om mensen te helpen. Want dan zou je wel gewoon zonder camera mensen gaan helpen. Als mensen geholpen worden, is dat hooguit bijvangst.
Heb je je daar zelf ook wel eens schuldig aan gemaakt? Een van de programma’s die ik zelf het mooist vond om te maken, was Het zullen je ouders maar zijn. Sommigen beschouwen dat wellicht ook als een programma dat gemaakt werd over de rug van deze mensen. We spraken met kinderen die moeite hadden met de leefwijze van hun ouders. Een meisje werd helemaal gek omdat ze niet meer kon communiceren met haar moeder die constant clown wilde zijn. Zie liep altijd in clownskleren en zette voortdurend rare stemmetjes op. Dat was heel heftig voor dat kind. Op de derde draaidag kwam haar vader naar me toe en vertelde me dat hij me zo dankbaar was omdat zijn vrouw en dochter voor het eerst in jaren weer met elkaar praatten. Dat vond ik echt geweldig om te horen. Maar ik heb hen nooit meer gebeld om te informeren hoe het nu gaat. Dat programma is klaar en je gaat weer door met je jachtige leven. Maar nogmaals, ik vind het meer de verantwoordelijkheid van de volwassen deelnemer, dan van de tv-maker. En in het geval van kinder-kandidaten zijn de ouders verantwoordelijk. Wat ik wél opmerkelijk vond in die Idols-tijd, was de tendens dat ouders het oordeel van de jury niet serieus namen. Wat voor signaal geef je dan aan je kind?
Maar een kind dat ouders heeft die niet de kwaliteit hebben om in te zien dat het niet kan zingen, waardoor het voor half Nederland voor lul staat, heeft toch ook bescherming nodig? Vind je niet dat je die als maker tegen zichzelf in bescherming moet nemen? Nee. Ik denk niet dat het nodig is. Van al die duizenden auditanten is er voor zover ik weet niemand die daar een enorme geestelijke klap aan over heeft gehouden. Sommigen zijn juist door het negatieve oordeel heel hard gaan werken om beter te worden. En natuurlijk ga je als ouders door de grond. Mijn oudste dochter is net ontgroend bij het studentencorps. Dat is ook echt niet leuk voor een vader hoor. Maar ja, het leven heeft heel veel kanten die niet leuk zijn. Je kan maar beter een beetje eelt op je ziel hebben. En soms doe je mensen ook te kort. Ik vind het niet fair om deze mensen als een soort achterlijken af te schilderen. Het is te makkelijk om iedereen die aan hulp-tv meedoet als niet-denkende wezens weg te zetten. Mensen willen die roem, dat is al zo lang als er camera’s zijn. Mijn enige verantwoordelijkheid als jurylid was dat ik geen kinderen onder de vijftien hun dromen afnam, dat heb ik ook nooit gedaan. Maar bij mensen van boven de vijftien vind ik dat je geen onterechte, zoete broodjes moet bakken, maar eerlijk moet zijn.
Zoals Anouk die tegen een van de deelnemers van The voice zei: ‘Ik vind jou meer geschikt voor op de braderie.’ Ja. Ik heb ook wel eens tegen Ron Link gezegd: ‘Ik zie jou meer op een cruiseschip.’ Daar is niets mis mee. Er zijn hele volksstammen die daar prima van rond kunnen komen. Het is de reactie van de andere juryleden die het zo erg maakt. Oh!! Wat zeg je nu? Dit is niet gezellig. En het moet wel gezellig blijven, want het is vrijdagavond!
Als je kijkt naar de reacties die jij oproept zit daar nog altijd veel irritatie en zelfs haat bij. Heb je daar last van ? Nou inmiddels wel. Nu ik met ‘Business X-Factor’ bedrijven coach, zijn er bedrijven die uiteindelijk ‘nee’ zeggen, omdat er in de leiding twee mannen zitten die zeggen: ‘Henkjan Smits? Oh nee, die past hier niet!’ Ik geef veel lezingen en iedere keer komen er mensen naar me toe die zeggen dat ze dit niet van me hadden verwacht, waarmee ze eigenlijk zeggen dat ze hadden verwacht dat ik heel slecht zou zijn. Maar ik klaag niet. Want alles wat ik nu doe, is mede voortgekomen uit de Idols-jaren. Maar hoe lang moet je dit doen voordat dat oude beeld uit 2002 verdwijnt?
Er zitten wel golfbewegingen in. Je bent ook nog Zomergast geweest. Dat heb ik toch maar mooi even meegepakt. Ik dacht dat ik in de maling werd genomen toen ik ervoor werd gebeld. ‘Met Peter van Ingen van de VPRO,’ hoorde ik, ‘ben je alleen? Want het is heel geheim allemaal, je mag er met niemand over praten, ik wil in het geniep met je afspreken.’ Praat door, dacht ik, dan kom ik er wel achter wie me in de maling neemt. Ondertussen reageerde ik heel cool, want ik dacht als ik nu in een radio-uitzending zit en de uitnodiging serieus neem, word ik keihard uitgelachen. De uitzending zelf, met Joris Luyendijk, was een geweldige trip. De dag erna zat ik bij DWDD en in de make-up kwam ik Paul Witteman tegen die zei: ‘Ik heb zo van je genoten gister. Maar op een gegeven moment vonden Joris en jij elkaar echt te aardig. Joris werd steeds minder kritisch.’ Dat was inderdaad precies wat er gebeurde.
In datzelfde jaar mocht je ook na het debat tussen Bos en Balkenende bij Rick Nieman vertellen wie het meest de x-factor had.?Ja, ik heb toen gezegd dat Balkenende veel meer de x-factor had dan Bos. Bos leek bang, dat zag je aan zijn lichaamstaal en daardoor geloofde ik hem niet. Toen we daarna werden afgeschminkt, zat ik naast Wouter Bos die zei: ‘Ik vond het niet leuk wat je zei, maar je hebt wel gelijk. Ik ben gewoon stiknerveus voor zo’n debat.’ Later, toen hij te gast was bij Zomergasten, zei hij: ‘Zit daar zo’n man als Henkjan Smits die zegt: “Ik geloof u niet” om vervolgens erna in de afschmink tegen me te zeggen: “Ik vond u veel beter hoor, maar ik wilde gewoon even een statement maken”.’ Ik zat te kijken en dacht: wat flikt hij nou?! Maar ook dan geldt: je hebt er zelf voor gekozen om daar te gaan zitten, dus dan moet je ook niet janken als het zich tegen je keert. En ik realiseer me ook dat ik door Idols boeken heb kunnen schrijven, lezingen heb kunnen ontwikkelen en nu zelfs bij Omroep MAX ben gevraagd om radio te doen.
Was het ergens nog een reality-check om van tieneridool in seniorenboegbeeld te veranderen? Ja haha, dat heb ik wel even gehad. Maar MAX vertelde dat ze met mij de zender wilden verjongen. We draaien de muziek uit mijn jeugd, hebben elke dag interessante onderwerpen en inspirerende gasten; ik vind het fantastisch!
Merk je aan de onderhandelingstafel dat je van A-ster naar B-ster bent gegaan? Nee. Maar weet je wat het gekke is? Ik heb niet het gevoel dat mijn ster ooit is gestegen, dan wel is gedaald. Ik word nog steeds hetzelfde wakker. Soms bloedchagrijnig en meestal vol zin in de dag. Succesvol heeft voor mij niks te maken met geld verdienen en roem vergaren. Succesvol zijn, is in staat zijn om je persoonlijke doelen te halen. Daarom kun je ook niet voor Peter Jan Rens beslissen dat hij een zieligerd is die in bescherming moet worden genomen, of die Idols-kandidaat, of diegene die meedoet aan hulp-tv. Want je kent iemands persoonlijke doel niet. Dat is ook de boodschap die ik geef bij de ‘Business X-Factor’: jij bepaalt of jij succesvol bent, niet de buitenwacht.