
In de hybride film Een vrouw als Monique duikt een jongeman uit het niets op bij het vakantiehuis van actrice Monique van de Ven. Hij staat voor haar overleden zoon Nino. Maar waarom stelt ze hem geen enkele vraag?
Pas na dik een uur, om precies te zijn op 1 uur en 22 minuten, stelt Monique van de Ven, hoofdpersoon in Een vrouw als Monique eindelijk een vraag aan de jongeman die schijnbaar uit het niets aan is komen waaien bij haar Franse vakantiewoning in Bretagne. Nadat ze hem heeft verteld dat ze vanaf het eerste moment dat ze haar echtgenoot Edwin de Vries ontmoette, wist dat hij haar grote liefde zou worden en blijven, vraagt ze: ‘Ben jij wel eens ergens zo zeker van geweest?’ De jongen sputtert wat, hij lijkt nee te zeggen, misschien wil hij wel meer vertellen. Maar het gaat niet om hem in deze film. Hij is slechts de aangever. Snel gaan we terug naar onze hoofdpersoon die even daarvoor heeft verteld over haar huwelijk met cameraman Jan de Bont, met wie ze in Los Angeles woonde toen ze De Vries ontmoette. Ze vertelt ook dat die relatie giftig was geworden. Tijdens de opnames van Keetje Tippel (1975) had hij haar ‘hoer’ genoemd, toen ze bloot voor zijn camera stond. Het was voor iedereen op de set hoorbaar geweest. Van de Ven was door de grond gezakt. Op haar gezicht is de afschuw om de herinnering duidelijk te zien.
In de hybride film Een vrouw als Monique kijkt Van de Ven terug op haar werkzame en persoonlijke leven. ‘Het is een film over een oudere actrice die terugkijkt op haar leven,’ legt ze de nieuwsgierige jongeman uit als hij vraagt waaraan ze nu werkt. De film is beslist niet voor een gat te vangen: het is een documentaire, er zitten speelfilmelementen in en fragmenten uit de films en series uit haar oeuvre rijgen de herinneringen aan elkaar. Het is beslist een interessante vorm die regisseur Claire Pijman bedacht om leven en werk van een van de invloedrijkste actrices van Nederland te vertellen.
En voor de goede verstaander is vanaf de introductie van de jongeman – begin dertig, die opeens met zijn kapotte vakantiefiets in haar tuin opduikt – duidelijk dat hij het verhaal van haar zoon Nino vertegenwoordigt. Haar eerstgeborene overleed nog geen twee jaar na zijn geboorte aan een hersenvliesontsteking. De jongeman blijft in de film naamloos. Hij is beschaafd, vriendelijk en empathisch en stelt de vragen waardoor Van de Ven zich steeds meer blootgeeft. Ondertussen eten ze samen, wandelen ze, zitten ze voor de haard en helpt hij haar met kleine klusjes. Het is de zoon die elke moeder zich zou wensen – en die zij nooit heeft kunnen zien opgroeien.
Het begin van de carrière van Monique van de Ven is genoegzaam bekend: ze was twintig, zat in het eerste jaar van de toneelschool in Maastricht, toen ze in 1972 werd gecast voor haar doorbraakrol in Turks fruit van Paul Verhoeven. Maar zo chronologisch wordt het carrièreoverzicht in deze film niet verteld. Een vrouw als Monique valt juist op door zijn opvallend originele constructie. De eerste fragmenten komen uit Lang leve de koningin (1995), omdat de jongeman haar uit die film denkt te herkennen. De film komt later terug wanneer Van de Ven vertelt dat ze na de dood van Nino eigenlijk geen films meer wilde maken. Lang leve de koningin werd haar terugkeer.
Lees verder in VARAgids 49. Vanaf dinsdag 2 december 2025 op de mat, in de winkel en in de app. Nog geen abonnee?
Lees verder in VARAgids 49. Vanaf dinsdag 2 december 2025 op de mat, in de winkel en in de app. Nog geen abonnee?
Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief