Sophie & Jeroen is de talkshow van BNNVARA, om en om gepresenteerd door Sophie Hilbrand en Jeroen Pauw.

In gesprek met mijn vader over zijn schoolcarrière: “Toen ik zei dat ik naar het gymnasium wilde, werd ik uitgelachen”

01-09-2021
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
673 keer bekeken
  •  
foto bij stuk interview Busra
 
In groep 8 werd ik verkeerd ingeschaald en kreeg ik een vmbo-advies. Ik heb mijn havodiploma gehaald en studeer nu aan een hbo-opleiding. Mijn vader heeft iets soortgelijks meegemaakt: ook hij werd verkeerd ingeschaald. Het onderwijs moet volgens deskundigen op de schop. Ik weet uit eigen ervaring waarom en bel papa, Habib Kondakçi, om hem te vragen naar zijn ervaring.

Tekst: Büsra Kondakçi

Mijn vader kan soms erg bescheiden zijn, hij had eerst geen zin in dit interview. Ook in de schijnwerpers staan is niet bepaald zijn ding. Toch heb ik hem over kunnen halen. Herkenning en erkenning, daar haalt de mens steun uit, toch?

Je basisschoolleraar schaalde je lager in, uiteindelijk deed je gymnasium. Hoe kon dat?

“Mijn leraar uit groep 8, tevens de directeur, had geen vertrouwen in mijn kunnen. Ik kreeg destijds een havo-advies, maar wilde  graag geneeskunde studeren, dus ben ik naar het gymnasium gegaan. Met  voordeel van de twijfel werd ik toch toegelaten. Toen ik in de basisschoolklas deelde dat ik naar het gymnasium wilde, lachten mijn medeleerlingen me uit. Want Habib, een stout jochie met een Turks achtergrond, 'ja dat gaat ‘m natuurlijk niet worden'. Iedereen vond het ongeloofwaardig. Ik was ook niet erg populair in de klas, werd altijd gepest door mijn achtergrond. Maar ik maakte het mezelf ook niet makkelijk, als reactie daarop deed ik vervelend terug.”
 
Waarom bleef je toch gedreven? 
 
“Mijn moeder was vaak ziek. Ik moest dan als tolk mee naar de huisarts. Dokter Hartman, die haar behandelde, was mijn voorbeeld, hij was erg vriendelijk en ik mocht altijd in zijn boeken bladeren. Ik zei toen al dat ik dokter wilde worden, want ik wilde ‘mama graag beter maken’. Maar ik was nogal een stout en speels kind, daarop zeiden leerkrachten regelmatig dat ik me verstandiger moest gedragen. En ze geloofden niet dat het me zou lukken. Dat deed pijn. Ik wilde mijn leraar uit groep 8 bewijzen dat ik het wél kon en ben toen met mijn rapport naar zijn huis gegaan. Ik stond een 7 gemiddeld en liet het hem zien. Het was een bijzondere ontmoeting. Ik had in ieder geval mijn punt gemaakt.”

Ik vind het soms nog steeds lastig om in mijzelf te geloven. Niet goed worden ingeschaald door school of door mijn omgeving heeft zeker mijn zelfbeeld geschaad. Wat deed dat met jou? 

“Het doet pijn en ik voelde ook verdriet. Gewezen en afgewezen worden, dat doet pijn.”

Je praat er heel nuchter over, heb je daar op deze leeftijd nog last van?

“Die pijn blijft je hele leven. Die ervaringen vormen je en hoe je in het leven staat. Die houd je altijd bij je. Maar met het vorderen van je leeftijd doe je de nodige positieve ervaringen op, je ontwikkelt jezelf en dat is positieve bagage. Dan vervaagt die onzekerheid iets meer, maar het blijft zeker aanwezig op de achtergrond.”

Heb je twijfels gehad over of wij (je kinderen) wel gelijke kansen zouden krijgen in het onderwijs?
 
“Je moeder en ik hielden er wel altijd rekening mee en proberen mee te geven dat je moet beseffen wie je bent. Dat je anders bent maar met dat besef jezelf moet accepteren, dat een bi-culturele achtergrond een verrijking is. Enerzijds bewustworden en anderzijds dankbaar en tevreden kunnen zijn: dat wilden we jou en je broertje en zusje meegeven. Want 'anders zijn' is niet slecht.”

Ik ben er erg onzeker van geworden en die onzekerheid overheerst soms nog. Wij hebben het regelmatig over mijn onzekerheden, wat doet dat met je?

“Ik herken erg veel en soms maakt dit mij ook verdrietig, vaak onmachtig en soms ook boos. Ik wil die onzekerheden weghalen bij je, maar dat kan natuurlijk niet. Dat proces en die zoektocht, die hebben je moeder en ik ook, soms gaat het beter dan de andere keren. Maar naast die verrijking kan het een extra last zijn, misschien een zwaardere last dan van een adolescent zonder jouw achtergrond. Maar goed, iedereen bewandelt zijn eigen pad.”

Je vertelde dat opa en oma nooit meekwamen naar jouw school, wat deed dit met jou vroeger?
 
“Opa en oma spraken de taal niet goed en ik denk dat ze het gevoel hadden een soort marsmannetjes te zijn tussen de andere ouders en leerkrachten. Ze waren natuurlijk nieuw in dit land. In Turkije bestond er toen niet iets als ouderavonden. Ze hadden er in eerste instantie geen weet van, maar hadden ook het gevoel van anders zijn en niet welkom zijn. Thuis hadden ze het weleens over mijn toekomst, maar als een soort delegatie werd mijn broer meegestuurd naar oudergesprekken. Ze waren maar liefst één keer aanwezig bij mij op school, dat was bij mijn diploma-uitreiking voor Geneeskunde.”

“Achteraf gezien denk ik dat er meer aandacht mag zijn voor de sensitiviteit van interculturele verschillen van scholieren. Die kansenongelijkheid doet vooral iets op emotioneel niveau van een kind, hoe je naar jezelf kijkt en naar de ander. En dat moet anders.”
 

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.