Vleesvervanger hoeft niet lekker te zijn
25-11-2010
• leestijd 1 minuten
Een vleesvervanger hoeft op zichzelf niet zo lekker te zijn, als het product maar goed in een complete maaltijd past. Producenten van vleesvervangers kunnen daarom het beste kant-en-klaarmaaltijden met nepvlees op de markt brengen.
Dat zegt voedingsdeskundige Hanneke Elzerman van de Wageningen Universiteit, die volgende week promoveert op een onderzoek naar de mate waarin vleeseters producten als quorn en tofu accepteren. Overigens vond de meerderheid van de proefpersonen de maaltijden die Elzerman hun liet proeven, sowieso niet zo lekker, zo blijkt uit de vragenlijsten die zij invulden, zei de onderzoekster donderdag.
Elzerman liet proefpersonen rijst, spaghetti, soep en een salade proeven met daarin vleesvervangers. Het bleek dat de proevers maaltijden die een logisch geheel vormden, het lekkerst vonden. Smaak en textuur van de afzonderlijke soorten nepvlees waren veel minder belangrijk. Dat is volgens Elzerman interessant, aangezien fabrikanten van vleesvervangers hun waren tot nu toe vrijwel altijd als los product aanbieden in de winkel.
De onderzoekster stelt daarbij vast dat nepvlees dat los wordt verkocht, op echt vlees moet lijken om een echte carnivoor over de streep te trekken. ,,Deze mensen willen iets dat er uitziet als vlees en dat ze ook op die manier klaar kunnen maken. Vleesvervangers die aan die voorwaarden voldoen, kunnen een groeiende groep consumenten verleiden om vaker een maaltijd zonder vlees klaar te maken.''
ANP