Minister Ernst Hirsch Ballin van Justitie bekijkt of loterijen moeten aangeven hoeveel kans een deelnemer maakt om een prijs te winnen. Hij zei dat woensdag in een overleg met de Tweede Kamer.
Het CDA pleitte daarin voor een verplichte vermelding van de winkans in reclames van loterijen, omdat folders en brieven van aanbieders volgens Kamerlid Cisca Joldersma nu ,,heel eenzijdig'' zijn. Zoals bij de verkoop van alcohol wordt vermeld dat het 'onder de 16 verboden' is, zo zouden loterijen moeten aangeven hoe groot de kans op winst is. ,,Die is 0,00000001 procent'', voegde Joldersma eraan toe.
In het overleg kondigde Hirsch Ballin ook aan dat er in 2010 opnieuw onderzoek wordt gedaan naar de omvang van gokverslaving in Nederland. Dat is een herhaling van het eerste grote onderzoek hiernaar dat in 2004 plaatshad. Daaruit bleek dat er ongeveer 40.000 kansspelverslaafden zijn en ook 76.000 'risicospelers'.
Gokhallen en casino's blijven toegankelijk voor mensen vanaf achttien jaar. Hirsch Ballin ziet geen reden om die leeftijdsgrens te verhogen naar 21 jaar, zo schreef hij aan de Kamer. De ChristenUnie en de SGP hadden hem gevraagd de gevolgen van zo'n verhoging te onderzoeken.
Een derde van de speelautomatenhallen in Nederland hanteert een strengere leeftijdsgrens (21 jaar) dan achttien jaar. De bedrijven doen dat om mogelijke overlast door jongeren te voorkomen. In Europa geldt voor gokautomaten in het algemeen een leeftijdsgrens van achttien jaar. Die limiet past volgens de minister ook in de ,,maatschappelijk geaccepteerde praktijk om achttienjarigen als meerderjarig te beschouwen''.