Het consumentenplatform van BNNVARA. Kassa is er weer op zaterdag 4 januari met de Belbusspecial!
'Vergrijzing begon al een eeuw geleden'
21-04-2009
•
leestijd 2 minuten
•
63 keer bekeken
•
De vergrijzing van de Nederlandse bevolking, waar tegenwoordig zoveel om te doen is, begon in werkelijkheid al een eeuw geleden. Uit allerlei gegevens valt af te leiden dat sindsdien de levensverwachting toenam, terwijl de vruchtbaarheid daalde. Maar pas in de troonrede van 1985 is vergrijzing voor het eerst als een politiek onderwerp genoemd.
Dat zegt Theo Engelen, schrijver en hoogleraar historische demografie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Van zijn hand is bij uitgeverij Boom deze week het boek 'Van 2 naar 16 miljoen mensen' verschenen, over de demografie van Nederland van 1800 tot 2000. Het is voor het eerst sinds 1981 dat een samenvattend overzicht is verschenen van de bevolkingsontwikkeling van Nederland.
De levensverwachting is in een eeuw tijd met 56 procent gestegen. Maar de vruchtbaarheid is gedaald met 64 procent. Dat proces was tussen 1900 en 1940 al zichtbaar. Sommigen waarschuwden daar wel voor, zoals directeur Methorst van het Centraal Bureau voor de Statistiek in 1914: ,,Er voltrekt zich langzaam een proces dat in de toekomst voor onze nederlandsche natie ver strekkende gevolgen kan hebben. We bedoelen: den achteruitgang van het geboortecijfer, dien we in ons land sinds 1876 aantreffen.''
Engelen: ,,Politici hoorden maar de helft en maakten zich alleen zorgen over de vruchtbaarheidsdaling. Na de Tweede Wereldoorlog maakte men zich onder invloed van de geboortegolf eerder zorgen over overbevolking dan over vergrijzing en raadde de regering emigratie aan. De huidige aandacht voor vergrijzing is geen nieuwe ontwikkeling, maar een gevolg van de bijziendheid van beleidsmakers van destijds.''
Op grond van bevolkingscijfers relativeert de hoogleraar de somberheid waarmee over de 'grijze druk' wordt gesproken: ,,De totale druk van ouderen op de samenleving is lager dan ooit. Ook het aantal jongeren daalt en dus kosten onderwijs en opvoeding minder en blijft er meer geld in de staatskas.''
Engelen vraagt zich daarnaast af of de grote aandacht voor vergrijzing niet eveneens een gevolg kan zijn het natuurlijk verloop van de bevolking. De babyboomgeneratie van kort na de oorlog nadert met rasse schreden de 65 jaar of is al met werken gestopt. ,,Is dat niet de reden voor de acuut gevoelde dreiging en is die niet even tijdelijk als de geboortegolf indertijd? De vraag stellen is hem beantwoorden'', aldus de schrijver.