Van Gogh Museum kan vooruit met glazen entree

Het Van Gogh Museum in Amsterdam is klaar voor de toekomst met een nieuw glazen entreegebouw, dat vanaf zaterdag open is voor het publiek. Met de nieuwe hoofdentree kan het museum gespreid over het jaar zo'n 2 miljoen mensen ontvangen, vertelde directeur Axel Rüger dinsdag. ,,De ontvangst is nu mooier, veiliger en gastvrijer.''

Het museum, dat nu ongeveer 1,6 miljoen bezoekers per jaar langs ziet komen, heeft de afgelopen zestien maanden de hoofdingang verhuisd naar het Museumplein. Daarvoor is een open en transparant glazen entreegebouw toegevoegd aan de ellipsvormige expositievleugel, die in 1999 is neergezet. De constructie bestaat uit 650 vierkante meter glas. Ook is de vloeroppervlakte uitgebreid met 800 vierkante meter.

De nieuwe hoofdingang moet zorgen voor een betere doorstroming van bezoekers. Hun aantal neemt de komende jaren naar verwachting verder toe. Nu staan bezoekers in een lange rij op de stoep op de Paulus Potterstraat, wat met langsrijdende fietsers, taxi's en bussen soms levensgevaarlijke situaties oplevert.

De bouw van de nieuwe entree kostte 20 miljoen euro, dat het museum met steun van bedrijven, fondsen, stichtingen en particulieren kon financieren. Rüger: ,,De entree moest van een kwalitatief hoog niveau gerealiseerd worden, want cultuurtoeristen zijn wel wat gewend tegenwoordig. Alle spraakmakende musea in Europa hebben inmiddels een entree waar je 'u' tegen zegt.''

Het Van Gogh Museum heeft nu net als als het nabijgelegen Stedelijk Museum en Rijksmuseum de hoofdingang aan het Museumplein. Volgens het bestemmingsplan van de gemeente mag er op het plein niks meer bijgebouwd worden.