Sneller verhogen AOW-leeftijd nog niet zeker

Het is nog onzeker of een kabinetsplan om de AOW-leeftijd sneller te verhogen voldoende steun krijgt voor een meerderheid in de Eerste Kamer. In de Tweede Kamer is de meerderheid zeker, met steun van de regeringspartijen VVD en PvdA. Maar meerdere partijen die nodig zijn voor een meerderheid in de Senaat lieten in een Tweede Kamerdebat donderdag hun eindoordeel nog afhangen van het antwoord van staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken.

SGP, D66, CDA en GroenLinks hebben een snellere verhoging van de AOW-leeftijd in hun eigen verkiezingsprogramma staan, maar willen met Klijnsma's voorstel alleen instemmen als het kabinet de overgangsregeling verruimt. SP, PVV en ook de 'bevriende' oppositiepartij de ChristenUnie zijn tegen.

Klijnsma wil de AOW-leeftijd versneld verhogen, naar 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021. Als het doorgaat, betekent het dat de AOW-leeftijd ook volgend jaar al met een maand extra omhoog gaat. In het oorspronkelijke tempo zou de AOW-leeftijd pas in 2023 op 67 uitkomen. Het plan was aangekondigd in het regeerakkoord en moet de schatkist 3,6 miljard euro opleveren.

ChristenUnie-Kamerlid Carola Schouten zei dat de versnelling eerdere afspraken over de verhoging van de AOW-leeftijd doorkruist. De overheid moet zich houden aan de afspraak dat nieuwe verhogingen van de AOW vijf jaar van tevoren worden aangekondigd, vindt zij.

SGP, CDA, D66 en GroenLinks willen een ruimere overgangsregeling, waarbij de overgangstermijn wordt verlengd en er extra aandacht is voor mensen die na 1 januari 2013 met VUT of prepensioen gingen. D66-Kamerlid Steven van Weyenberg zei in het debat dat hij niet wilde dreigen met het onthouden van steun, maar wel hecht aan een betere overgangsregeling.

De vakcentrales FNV en CNV zijn tegen de versnelde verhoging, die ze onverstandig en onzinnig noemen. Het plan vergroot de problemen op de arbeidsmarkt in een tijd van hoge werkloosheid, aldus de bonden. ANP