Samenwerking in trombosezorg moet beter
12-10-2010
• leestijd 1 minuten
De verschillende partijen die betrokken zijn bij de zorg voor trombosepatiënten, werken onvoldoende samen. Dat leidt tot vermijdbare risico's op gezondheidsschade, staat in een rapport van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) dat dinsdag is gepubliceerd.
Mensen met trombose krijgen medicijnen om bloedstolsels tegen te gaan. Die middelen moeten zeer nauwkeurig worden gedoseerd. Bij een te lage dosering kunnen bloedstolsels ontstaan, bij een te hoge kunnen bloedingen optreden. In de praktijk blijkt dat nog vaak mis te gaan. Een op de vijf ziekenhuisopnames als gevolg van medicatiefouten, heeft te maken met antistollingsmiddelen.
De IGZ adviseert de minister van Volksgezondheid een stuurgroep in te stellen die ervoor moet zorgen dat de samenwerking binnen de zogenoemde keten beter wordt. Het is de bedoeling dat de betrokken partijen, onder meer de trombosedienst, specialisten, huisartsen, apothekers en verpleegkundigen, voor 1 oktober 2011 tot heldere afspraken komen, onder meer over wie waarvoor verantwoordelijk is. ANP