Raad van State: publieke zorgkosten bevriezen
19-09-2012
• leestijd 2 minuten
De overheid mag de komende jaren niet meer geld aan zorg kwijt zijn. De Raad van State pleit voor een nullijn in de zorguitgaven van de overheid. Dat staat in het advies van de Raad van State over de miljoenennota voor volgend jaar.
De zorgkosten slokken nu al een kwart van de overheidsuitgaven op. Als er niets gebeurt, gaat in 2040 de helft van de publieke uitgaven naar de zorg. Ook met een stabilisatie van de uitgaven neemt de zorg een forse hap uit de overheidsuitgaven.
Wel wijst de Raad van State erop dat basisvoorzieningen in de zorg voor iedereen toegankelijk moeten blijven. Wat de zorgverzekering en de verzekering voor langdurige zorg AWBZ dan precies vergoeden, moet dan wel geregeld opnieuw bekeken worden. Overigens zou de zorg nog wel kunnen groeien, maar dat zou dan voor een groter deel voor rekening komen van de burgers. Dit kan ook, denkt de raad, omdat bijvoorbeeld de AWBZ was toegesneden op de smalle beurs van ouderen. Deze groep heeft tegenwoordig veel meer te besteden.
De Raad van State zet vraagtekens bij de plannen om vergoedingen voor het woon-werkverkeer te belasten, de zogeheten forensentaks. De raad vindt dat de gevolgen voor het inkomen van een forens afhangen van de toevallige omstandigheid van de reisafstand tussen huis en werk.
Ook is de raad kritisch over de aanpassing van de hypotheekrenteaftrek. Met ingang van 2013 is de hypotheekrente alleen aftrekbaar als de lening wordt afgelost. Dit geld niet voor bestaande hypotheken. Volgens de Raad van State krijgen daardoor alleen starters op de woningmarkt met de beperking van de hypotheekrenteaftrek te maken, terwijl juist deze groep de woningmarkt weer vlot zou kunnen trekken.
ANP