Plannen kabinet zorgen bij veel huishoudens niet voor stijging koopkracht

Het coalitieakkoord zou voor een kleine stijging van de koopkracht (in de periode 2022-2025) zorgen. Maar als de hoge inflatie blijft aanhouden, blijft er van die stijging amper wat over. Dit concludeert het Nibud. Volgens het financiële voorlichtingsinstituut tonen de plannen van kabinet-Rutte IV een wisselend beeld over de ontwikkeling van de koopkracht. 

Volgens Nibud-directeur Arjan Vliegenthart ademt het coalitieakkoord ambitie, maar de praktijk blijkt weerbarstig. De verhoging van het minimumloon pakt voor veel mensen goed uit, maar door de verandering in huurtoeslag gaan anderen er juist op achteruit. Gepensioneerden en zelfstandigen zien hun koopkracht het minst stijgen en soms zelfs dalen. 

Ook de veranderingen in de huurtoeslag kunnen beter. Zo zijn de voorgestelde plannen berekend op een fictieve normhuur. In werkelijkheid zou het pas veel geld schelen als de huur boven de normhuur valt. Verder gaan ook de mensen met kinderopvangtoeslag er nauwelijks op vooruit.

Mensen met een AOW-uitkering kunnen er zelfs op achteruit gaan. Zij zien hun koopkracht nauwelijks toenemen met deze plannen. Bij gepensioneerden met een aanvullend pensioen zijn er koopkrachtdalingen zichtbaar. Ook zouden mensen met enkel AOW in 2025 maandelijks rond de 100 euro aan heffingskorting niet kunnen verzilveren. Dit is iets waar ze wel recht op hebben, volgens Vliegenthart. Hij vindt dat gepensioneerden recht hebben op compensatie.

Voor zelfstandigen gaat in drie jaar tijd de zelfstandigenaftrek flink omlaag. Dit zou volgens de plannen worden gecompenseerd met de hogere arbeidskorting. Deze blijken alleen niet genoeg te compenseren.

Bron: Nibud.