Onderzoek naar 'illegale' orthodontist

Tandartsen die voorheen als orthodontist werkten, moeten dat aan hun patiënten melden. Doen zij dat niet, krijgen ze problemen met de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Veel orthodontisten noemen zich nu tandarts, omdat ze dan voor hetzelfde werk dat ze deden hogere tarieven kunnen vragen. De cliënten worden daardoor op het verkeerde been gezet, stelt de NZa. Zij ontvangen een hogere rekening dan verwacht. Daarom onderzoekt de organisatie of ze ook netjes openheid van zaken geven, want ,,het misleiden van de consument met onjuiste informatie is in strijd met de wet''.

De NZa en de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) trekken in het onderzoek samen op. De IGZ ziet er namelijk op toe dat medici geen beschermde titels misbruiken. In dit geval voeren tandartsen ten onrechte de titel van orthodontist en dat mag niet volgens de wet. Als beide partijen overtredingen hebben geconstateerd, treden ze op. Verder vragen ze mensen alert te zijn. Mochten zij op misleidende informatie stuiten, dan kunnen zij dat doorgeven via een speciaal meldpunt op de website van de NZa. De organisatie heeft aan alle orthodontisten en tandartsen die voorheen als orthodontist geregistreerd stonden, een waarschuwingsbrief gestuurd. Zij krijgen twee maanden de tijd om aan consumenten via websites, gevelreclames, facturen en in telefoonboeken correcte informatie te geven. Als dat dan nog steeds niet is gebeurd, neemt de NZa maatregelen. Enkele jaren geleden gelastte de NZa orthodontisten fors goedkoper te gaan werken. Volgens de organisatie werkten zij ver boven de prijs. Daardoor zijn de verschillen in tarieven tussen tandartsen en orthodontisten flink afgenomen, maar de tandarts is nog altijd 2,5 procent duurder.

Bron: ANP